Op zijn plaats
Nu in Vlissingen een maritiem museum op
een wel zéér passende plaats zijn poorten
opent, is het misschien zinvol de vraag te
stellen naar het bestaansrecht van locale
dan wel regionale maritieme musea. Is hun
aanwezigheid zinvol naast de grote natio
nale scheepvaartmusea in Amsterdam en
Rotterdam?
Ik meen die vraag op grond van eigen er
varing (als directeur van het Helders
Marinemuseum en later directeur van het
Noordelijk Scheepvaartmuseum) volmon
dig bevestigend te kunnen beantwoorden.
In iedere gemeenschap met een levende
maritieme traditie is zo'n museum op zijn
plaats. Het is echter niet alleen van nut
voor die gemeenschap. Juist door de meer
locale of regionale oriëntatie van de collec
tie en het functioneren als kenniscentrum
betreffende het maritieme verleden van de
plaats of streek van vestiging, kan het een
zeer waardevolle aanvulling vormen op de
nationale scheepvaartmusea. Gegeven het
maritieme verleden en heden van Vlis
singen en Zeeland en gegeven de betekenis
van de nu al aanwezige collectie kan men
het museum in het Lampsinshuis een goe
de toekomst voorspellen. Dat die voorspel
ling bewaarheid zal worden, wens ik van
ganser harte.
Dr. Ph.M. Bosscher,
oud-directeur van het Helders Marine
museum en van het Noordelijk Scheep
vaartmuseum
De zogenaamde Pronkzaal in het Lampsinshuis
(Foto Lex de Meester)
6
Den Spiegel
