gen met een Frans gebed. Aan het eind van het reglement wordt een lijst van uit het hoofd te leren 'bijbelplaatsen' gegeven. Onder Frans gezag De Franse bezetting zou voor Vlissingen een drama worden. De stad, die van 1807 tot 1814 onder Frans gezag stond, werd een Franse garnizoensplaats, wat om te be ginnen versterking van de vestingwerken met zich meebracht. Na de Engelse be schieting van 13 en 14 augustus 1809, die ertoe leidde dat Vlissingen enige maanden in Engelse handen was, besloten de Fran sen de vestingwerken nóg eens en nu wel zeer rigoureus aan te pakken. Woonhuizen die in de weg stonden werden gesloopt, een hele wijk ging eraan, er kwamen nieuwe forten. Dit alles kostte de stad verschrikke lijk veel geld. De handel en havenactivitei ten lagen stil. Grote armoede en de uittocht van bijna 40% van de bewoners waren het gevolg. Ook Bourdon, de Franse-school houder, had de benen genomen: hij was uit geweken naar Goes. Toen op 6 mei 1814 de laatste Fransen vertrokken, lieten ze een berooide stad achter. Het vergde een enor me inspanning en veel tijd om het leven weer enigszins op orde te brengen. Wat de Franse school betreft: de notabelen vonden dat die moest terugkomen. Allereerst was er geld nodig om een geschikt pand te kunnen aanschaffen. Het door 149 Vlis- singers gedoneerde bedrag van 1234,46 werd door de burgemeester met 100,-- vermeerderd. De start was gemaakt. De Frans/Engelse school Na het vertrek van de Fransen duurde het nog een jaar voordat aan de nationale onderwijswet van 1806 uitvoering kon wor den gegeven. De stedelijke schoolcommis sie, die begin 1815 werd opgericht, kreeg direct met twee vacatures te maken: voor de stads-Franse en de stads-Engelse kost school moesten schoolhouders worden ge zocht. In overleg met schoolopziener A. van Deinse werd besloten de twee vacante posten te combineren tot één betrekking (GAV 2940). Zes sollicitanten, onder wie twee Zeeuwen, beiden van de derde rang, toonden belangstelling. Voor een deftige stadsschool was een derde rang echter niet voldoende. Het was dan ook begrijpelijk dat Verwoestingen in de Walstraat na het Engelse bombardement op Vlissingen van augustus 1809. (Gemeentearchief Vlissingen, Historisch Topografische Atlas) 12 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2002 | | pagina 14