dreven dat 'alom de daken en schoorstenen
der huizen wegvlogen.' Doordat de sluis
deuren in het Dok of niet goed gesloten wa
ren of kapot sloegen stroomde de Dok
haven zo vol water dat de kades overliepen.
Veel tuinen en huizen, kelders en pakhuizen
kwamen daardoor onder water te staan,
waardoor volgens de Middelburgsche Cou
rant 'een considerabel bederf aan goederen
is geschied.'
De eerste helft van de 19e eeuw deden
stormvloeden weer wel van zich spreken.
1825
De storm van 4 februari 1825 zorgde voor
een kortdurende overlast in de stad. De
Middelburgsche Courant van 8 februari
1825 informeert ons uitgebreid. Door het
doorbreken van een waterkering (kistdam)
bij de Stenen Beer liep het fout, zowel in de
Dokhaven als in de Pottekaai. De laatste
stroomde over en het water liep de Kleine
Kerkstraat, het Korte Groenewoud en de
Wagenaarstraat in. Door het inzetten van
noodwaterkeringen kon dit keer voorko
men worden dat de zogenaamde Nieuwstad
ook weer onder water kwam te staan. Op
de Pottekaai en Wagenaarstraat waren gro
te verzakkingen ontstaan. Vele handen
zorgden ervoor dat de schade in korte tijd
kon worden hersteld. Het psychologische
effect was des te groter: velen werden weer
herinnerd aan de rampzalige gebeurtenis
sen van 1808. Gelukkig vielen er deze keer
geen slachtoffers.
1906
De stormvloed van 12 maart 1906 deed de
halve stad onder water staan. Vlissingen
had geen verweer tegen een vloedgolf van
4 meter boven ANP. Het gemeentebestuur
nam draconische maatregelen: rondom het
De Ruyterplein en de Engelse haven moes
ten muren opgetrokken worden, eveneens
bij het Beursplein, wat de afsluiting van de
Koopmanshaven en de Achterhaven tot ge
volg had. Ook de Pottekaai werd afgeslo
ten. Omdat men de wateroverlast meer dan
zat was besloot men de overbodige havens
te dempen. Zo werd zes eeuwen later het
onder graaf Willem 111 aangevangen werk
weer ongedaan gemaakt.
Bronnen:
- M.K.E. Gottschalk, Stormvloeden en rivieroverstro
mingen in Nederland, drie delen:
de periode vóór 1400 - 1700, (Assen 1971 - 1977)
M.P. de Bruin, 'Stormvloeden en de gevolgen voor
Walcheren', betreft overdruk uit: Jaarverslag polder
Walcheren 1953
H.G. Hamaker, De rekeningen der grafelijkheid van
Zeeland onder het Henegovwsche huis, dl 1
(ütrecht 1879)
Jan Reygersbergh, De oude Chronijcke ende his
toriën van Zeelandt: Van nieuw met eenighe by-
voechsels mitsgaders met de figueren der graeven
van Zeelandt vermeerdert
- S. van Hoek, Natuur- en Geschiedkundig beschrij
ving van den verschrikkelijken watervloed tusschen
den XlVden en XVden van Louwmaand des jaars
MDCCCVIII, (Haarlem 1808)
Gemeentearchief Vlissingen, Stadsarchief, inventa
ris De Bruine, inv.nrs 5572 en 5574
Zeeuwse Bibliotheek, Pamflettenverzameling 2295;
Pertinent Verhael en 2296 Gods slaende handt op
Vlissingen nedergedruckt
Hollantsche Mercurius, 1682
Middelburgsche Courant, 18 november 1775 en
8 februari 1825
Ad Tramper, 'Vrij zwemmen voor de alligators', in:
Provinciale Zeeuwse Courant, 12 januari 1999
22
Den Spiegel