en moeder De Smit en hun kinderen Bep,
Nico en Corrie gewoon naar bed.
Rond twee uur werd Corrie de Smit wakker
van het kolkende water in de Lombard
straat vlak onder haar slaapkamer. Door de
brede trechter, Nieuwendijk 21 was na de
Tweede Wereldoorlog nog niet herbouwd,
bulderde een kolkende wildwaterrivier naar
de lager gelegen Nieuwstraat.
De kelder onder de kapsalon bestond uit
twee delen, gescheiden door een tussen
wand met een deur. In het achterste ge
deelte, dat alleen bereikbaar was via de
voorkelder, lag de kolen- en houtvoorraad.
De Smit wilde nog wat kolen halen. Het wa
ter kwam echter zo snel dat zijn terugweg
afgesneden werd, ook omdat los materiaal
en de sterke stroom de tussendeur blok
keerden. De opgesloten De Smit schreeuw
de om hulp, maar het lawaai van storm en
water en het bonken van losgeslagen ma
teriaal maakten ieder ander geluid onhoor
baar. Toen hij wel erg lang wegbleef, werd
de familie ongerust en zoon Nico ging kij
ken. Wadend door het ijskoude water kon
hij zijn vader op het nippertje uit zijn benar
de positie verlossen.
Voor en naast Nieuwendijk 19 waren door
het geweld van het water putten ontstaan.
Het steil aflopende Lombard
straatje was een grote draaikolk
geworden. Er kwam een waar
schuwing van de brandweer:
'Niemand de deur uit.'
Maar Goedbloed van sportzaak
Olympia ging toch naar buiten
want zijn dochter danste die za
terdagavond in zaal Concordia
aan de Palingstraat. Langs de
huizen van de Nieuwendijk ging
Goedbloed op weg richting Zeil-
markt, heel ver kwam hij niet. Ter
hoogte van het Lombardstraatje
werd hij door het kolkende water
naar de Nieuwstraat gezogen. Het
van de Zeehondenwerf afkomsti
ge afvalhout had zich inmiddels
een weg gebaand naar de Nieuw
straat, waar het deuren en ramen
kapot beukte. Van Nieuwstraat 27
was de voordeur ook opengeslagen en de
waterstroom sleurde Goedbloed naar bin
nen waar hij met moeite bij de trap kon ko
men. Dat werd zijn redding.
Zijn dochter bleef die nacht in Concordia en
wachtte op betere tijden.
2.30 uur - Een muur van water
Johan Vermeul van hotel-restaurant Royal
werd om half drie in de nacht wakker gebeld
met de mededeling dat zijn zaak onderliep.
Vanuit zijn woonhuis, Badhuisstraat 31, liep
hij langs Boekhandel Bikker en een daar
geparkeerde Citroën Traction Avant. Via de
fietsenwinkel Van der Hout kwam hij bij
Royal. Daar was het nog droog; in de Wal-
straat zag het er echter anders uit. Bewo
ners zagen er een snel wassende water
stroom.
Kantoorboekhandelaar Clement Timmer
man vroeg zich af hoe het verderop in de
Walstaat zou zijn. Op de hoek van het
Groenewoud woonde zijn moeder boven de
winkel. Via de Walstraat was er echter geen
doorkomen aan. Timmerman en Vermeul
besloten samen een poging te wagen langs
het hoger gelegen Scheldeterrein. De Aagje
Dekenstraat was op dat moment nog rede
lijk beloopbaar. Ze zwoegden via de hoofd-
Café De Wijnberg, hoek Groenewoud/Stenen Beer
(Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen)
6
Den Spiegel