Het hier boven beschreven incident is niet minder dan de aanhouding van Wilhelmina van Pruisen bij Goejanverwellesluis. Stadhouder Willem V had zich in die jaren als balling uit eigen keuze, na het afnemen van enkele van zijn geliefde privileges, teruggetrokken in Nijmegen, een van de steden van het prinsgezinde Gelderland. Zijn vrouw, Wilhelmina van Pruisen, was echter geen vrouw om ruzie mee te krijgen en zij liet het er niet bij zitten dat haar fata listische echtgenoot zich terugtrok. Zij reis de naar Den Haag om een oproer op gang te krijgen en om op die manier haar mans positie terug te eisen. Had zij er voor geko zen om heimelijk te reizen, dan was ze ver moedelijk nog iets verder gekomen dan Schoonhoven. Maar een geboren prinses van Pruisen reist niet heimelijk, het gezel schap met twee vierwielige koetsen en een sjees moest dan ook wel worden opge merkt. Zeker omdat men niet eens de moeite had gedaan om de kenmerken van het Oranjehuis te verdoezelen. Zo werd in Gouda verzocht om vijftien wisselpaarden voor drie rijtuigen. En dat in een tijd waarin men stand kon aflezen aan het aantal paarden. Daarbij had een dienstmaagd het 'geheim' reeds verklapt en was men in Holland al op de hoogte. Het gezelschap werd gearresteerd. De prin ses van Oranje legde zich daar niet bij neer en beriep zich op het recht om ongehinderd te reizen door de Republiek zoals dat een ieder was toegestaan. Daarbij was zij zeer ontdaan over het feit dat een burgerlegertje als dat van de Patriotten een prinses van den bloede zou durven lastigvallen tijdens haar reis, ze had het werkelijk ondenkbaar gevonden. De arrestatie stelde op zich niet zoveel voor. De prinses van Oranje werd niet onheus behandeld en ook niet gevan gengenomen, ze werd slechts aangehouden om een bloedvergieten in Den Haag te voorkomen. Haar broer, de koning van Pruisen, nam de ze belediging zeer hoog op en verwachtte verontschuldigingen van de Hollandse Staten; het was een grove belediging dat zijn zuster, nota bene een prinses uit het koninklijke huis Von Hohenzollern, het recht was ontzegd om vrij te reizen door Holland. Daarbij was zij niet op haar woord geloofd, ze zou namelijk een vredesmissie nastreven. De echte reden was dat ze met haar verschijnen oproer in Den Haag wilde veroorzaken. In de ogen van Pruisen was met dit wantrouwen ook de eer van zijn ko ninklijk huis in het geding gekomen. De Staten van Holland dachten er anders over en gaven een net, diplomatiek antwoord zonder daadwerkelijke excuses. 'Circa 8 uuren des 's avonds arriveerden wij te Breda. Na aldaar het voornaamste van de stad en het Valkenhof besigtigd te hebben, gongen wij terug na ons logement de Prins Cardinaal om te soupeeren, en dien nagt te slaapen. Breda was ter dezer tijd wegens de onstaane troubles in Holland Utrecht bijna van guarnisoen ontbloot, alleenlijk was er maar een batail- lon van d'Envie eenige artilleristen in guarnisoen. Des anderendaags 's morgens ten 8 uuren met een postchais van Breda na Bergen op den Zoom passeerende de dorpen Etten Rosendaal alwaar wij gepleijstert en gedie- neert hebben. Ontrent 5 uuren des nade- middags quaamen wij te Bergen op Zoom aan. Terstond na onse aankomst lieten wij aan de commandant van de stad - de H[ee]r Gouverneur absent zijnde - vragen, of wij de fortificatiën mogten bezien, hetwelk ons gratieus geaccordeerd wierd. Zij nemen hun intrek in het hotel d'Angle- terre, waar zij even later worden opgehaald door een sergeant die de beide heren een rondleiding geeft door de fortificatiën van Bergen op Zoom. Ze bekijken de on deraardse galerijen en de bres die de Fransen in 1747 in de stadsmuren schoten. Ook wordt met enige goedkeuring melding gemaakt van het feit dat in een der galerij en zich een pomp bevindt waaruit het 'aller suijverst water' komt dat de inwoners in de winter laten halen voor één a twee duiten. Deze pomp bevriest namelijk niet in de winter. De opbrengst van het water is tot voordeel van de gevangenen die aldaar ook hun werk verrichten. Verder merken zij op Juli 2003 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2003 | | pagina 15