Over vreugde, verdriet en vergankelijkheid Aafke Verdonk-Rodenhuis Deze aflevering van Den Spiegel heeft min of meer als thema de levensloop van de mens. Vanaf geboorte, via verliefdheid, misschien huwelijk, eindigend met de dood. Wat zwaar voor een blad als Den Spiegel zult u misschien denken, maar u zult zich zeker amuseren met de bijdragen in dit nummer. Allereerst de wijze waarop kennis wordt ge geven van de geboorte van een nieuwe wereldburger. Ook de manier waarop de ouders hun kind een naam schenken, komt aan de orde in Met blijdschap geven wij kennis. Vervolgens komt de verliefdheid aan bod. Wie is er nooit verliefd geweest? Dit hoeft natuurlijk niet altijd tot een huwe lijk te leiden. Wel in het artikel Gesuikerde limoenen, gebraden zwaan en een lam voor de bruid van Jeroen-Martijn Hangoor. Hij vertelt hier niet alleen uitgebreid over een societyhuwelijk in zeventiende-eeuws Vlissingen, waarbij kosten noch moeite werden gespaard, maar ook over wat aan dit huwelijk vooraf ging. De stijl van de brieven waarin de betrokken heer, Carel Martens, uiting gaf aan zijn gevoelens voor Jacoba Lampsins is wel zeer bijzonder. Wie ontvangt er tegenwoordig nog zo'n liefdes brief? Leuk is het te weten hoe de schrijver van deze bijdrage heeft zitten puzzelen op de oude rekeningen die op het huwelijks- feestfeest betrekking hadden. Hand geschreven rekeningen, soms nauwelijks leesbaar, voor producten die wij echt niet meer dagelijks gebruiken, zelfs niet meer voor trouwfeesten. Het artikel Het gilde van de Vlissingse lijk- dienaars van Jo de Ridder handelt over de dood. Het gaat vooral over de wijze waarop wij de dood een plaats geven in ons be staan. Vanaf 1676 bestond het gilde van de Vlissingse lijkdienaars en de heer De Ridder vertelt ons hoe een en ander geregeld werd rond overlijden en begraven; de afspraken, de rituelen. Henk Feij haalt in In en om de kerk, wereld lijke herinneringen bij de opheffing van de Petruskerk, herinneringen op aan een kerk gebouw waarvan de toekomst nog onzeker is. Voor hem is vooral belangrijk wat hij in die kerk en met de mensen die bij die kerk betrokken waren, heeft beleefd. Zijn herin neringen zijn 'wereldlijk' en ook zeer le vend! Een kerk past in zoverre zeker in dit nummer omdat een dergelijk gebouw decor kan zijn voor de hoogtepunten in het leven: doop-huwelijk-begraven. Tenslotte wil ik u nog attent maken op een zeer bijzondere tentoonstelling in ons muZEEum, Zeeuwse stukken - schatten uit Zeeuwse collecties. Iris Laboyrie vertelt hierover in muZEEum-nieuws. Een ten toonstelling die zeker de moeite waard is om te gaan bekijken. (J heeft nog de tijd tot 18 april. Nu eerst deze Spiegel met daarin vreugde, verdriet en de vergankelijkheid van alle dingen. Veel leesplezier! 2 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2004 | | pagina 4