werden voorgelezen. Om 19.10 uur kroop
ik bijna in mijn transistortje want dan werd
het uitgebreide weerpraatje uitgezonden.
In november 1962 kwamen al enkele kou
de dagen voor met sneeuwbuien. Op 1 de
cember begon het te vriezen, in Vlissingen
kwam de temperatuur niet lager dan -2.6
graden, maar in Schoondijke werd al -8.2
en in Kapellebrug -11.6 graden gemeten. In
Middelburg werd op de vesten al geschaatst.
Op 5 december hing een ongewoon dichte
mist over Zeeland: het zicht was soms
maar 10 meter, een wonder dat de Goed
heiligman de cadeautjes op het juiste adres
wist te bezorgen. In Londen eiste de smog
van 3 tot 6 december 750 slachtoffers.
Op 8 december werd in Delft prinses Wil -
helmina bijgezet, een zuidelijke wind voer
de op die dag koude lucht uit Frankrijk aan.
Enkele actieve depressies zorgden vanaf
9 december voor zacht weer en brachten
op 15 en 16 december storm. Bij Cadzand
strandde het radiozendschip Uilenspiegel.
In Oost-Europa daalden de temperaturen
tot 20 30 graden onder nul en deze kou
de lucht stroomde richting Nederland. Op
de 20e was alleen Zeeland nog vorstvrij.
Op zaterdag 22 december stroomde de ij
zig koude lucht Zeeland binnen en ging het
ook hier matig vriezen. De volgende dag
bleek dat het IJsselmeer al voor driekwart
was dichtgevroren. De kerstdagen werden
ijsdagen en in de middag van tweede kerst
dag begon het te sneeuwen. Op zondag
30 december kregen we te maken met een
hevige sneeuwstorm. Er vormden zich
sneeuwduinen, waardoor het verkeer totaal
ontwricht werd. Op oudejaarsdag meldde
de KNMl-waarnemer in Vlissingen de hele
dag driftsneeuw, voor Zeeland een bijzon
der weersverschijnsel.
De maand januari leverde in Vlissingen 29,
in St. Annaland 31 vorstdagen op. De laag
ste temperaturen werden in de vroege och
tend van 18 januari gemeten: -15.5 graden
in Kapellebrug. In Vlissingen, waar 15.3
graden onder nul werd gemeten, is sprake
van een nieuw januarirecord. Terwijl ik langs
het dichtgevroren Kanaal naar Vlissingen
fietste, windje mee, zweefden er kleine
ijskristallen in de lucht. De waarnemer in
Vlissingen meldde ijsnaaldjes, een ver
schijnsel dat zich gewoonlijk beperkt tot de
poolstreken. Nog zie ik verslaggever Arie
Kleiwegt bij Barthlehiem staan, waar de
Elfstedenrijders passeerden. Door de harde
wind en de driftsneeuw werd het een barre
tocht met Reinier Paping als winnaar.
Op 12 januari werd al melding gemaakt
van zwaar drijfijs op de Westerschelde. Op
het Veerse Meer kon men ijszeilen.
Toen in het laatste weekeinde van januari
de wind tijdelijk naar het westen draaide
dreef veel ijs de monding van de Wester
schelde in. De veerboot Prinses Irene ploeg
de moeizaam door het ijs, een overtocht
duurde soms een uur.
De veerdienst Zierikzee-Katseveer was al
geruime tijd gestaakt. Slechts met behulp
van sleepboten lukte het de veerpont Zijpe
de oversteek van Anna Jacobapolder naar
Zijpe te maken, zodat een totaal isolement
van Schouwen-Duiveland voorkomen kon
worden.
TV-weerman Joop den Tonkelaar zorgde
voor de eerste file in de Nederlandse ge
schiedenis. In zijn weerpraatje (alleen de
arm in beeld) zei hij: 'Als u iets wilt zien wat
u nog nooit gezien heeft en waarschijnlijk
ook niet meer zal zien, ga dan naar de kust,
u ziet een grote ijsvlakte.'
De hele maand februari hield de vorst aan,
de hoogste temperatuur in de eerste twee
maanden van 1963 was slechts 3 graden!
Op 13 februari kondigde het KNMI de dooi
aan, maar het ging niet door. De vorst nam
weer in hevigheid toe, op 23 februari vroor
het in St. Annaland 14.0 graden. Eind fe-
bruari-begin maart was het zonnig weer, in
de nacht vroor het matig tot streng, over
dag kwam de temperatuur iets boven nul.
Door de droge lucht smolt de sneeuw niet
maar verdampte, een droge dooi dus. Op
5 maart verklaarde het KNMI dat de stren
ge winter van 1962-1963 geëindigd was. In
Zeeland was het de koudste winter sinds
het begin van de waarnemingen. In de
reeks Zwaneburg/De Bilt die teruggaat tot
1706 is alleen de winter van 1829-1830
een tiende graad kouder.
22
Den Spiegel