Gezicht op de eerste Binnenhaven met ijsgang, gezien in de richting van de Prins Hendrikweg. Januari 1891. (Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen, foto: C.W. Bauer) December 1890 Het nieuws over de vorstelijke begrafenis wordt langzaam vervangen door de inge treden winter. Door de stevige vorst die in zet raakt het stoom- en binnenvaartverkeer gestremd. De vaart op de Zuiderzee is niet meer mogelijk en ook op de rivieren ver schijnt veel drijfijs. Polders door het hele land zijn ondergelopen en de waterschap pen vrezen voor de dijken. Het is niet alleen ijzig in Nederland, maar in heel Europa daalt het kwik in rap tempo. Natuurlijk heb ben het hoge noorden en oosten te kampen met de kou, maar ook in het zuiden worden temperaturen van min zes gemeten. Aan de Middellandse Zeekust vriest en sneeuwt het zoals het in geen jaren heeft gedaan. De Duitsers daarentegen hebben het, zoals men in de kranten doet voorkomen, bijzon der zwaar. Daar bericht men van sneeuw stormen die de lucht verduisteren én heeft men last van de 'verwünschte Hollander', Domela Nieuwenhuis, een sociaal-demo craat die zogezegd geen respect heeft voor zijn vorstenhuis omdat hij gedurende de rouw zijn opruiende praatjes blijft rond strooien. Op zeker moment besluit men in Duitsland de politicus van regeringswege op te pakken en over de grens bij Emme rich te zetten, waar hij vrolijk verder ging. In Zeeland neemt het drijfijs drastisch toe. Op 12 december wordt een ijsbericht uitge vaardigd dat bepaalt dat houten schepen niet meer naar Antwerpen mogen opvaren - er worden eenvoudigweg geen loodsen meer verstrekt. De Ooster- en Westerschelde vriezen dicht. Alleen al in het Kanaal door Zuid-Beveland worden een honderdtal hou ten en ijzeren rivier- en zeilschepen opge houden. En ter hoogte van het fort St. Marie is het eerste binnenvaartuig aan het ijs ten prooi gevallen. Ongeveer 200 meter van de linkeroever is het gezonken. De mast is bij hoog water nog zichtbaar, maar zal naar verwachting door het ijs worden af gerukt. Ook de berging van het schip kan niet plaatsvinden. De krant biedt naast het dagelijkse nieuws, scheepsberichten en advertenties, ook wenken die van pas kunnen komen bij de felle vorst: Mijnheeren en mevrouwen, die per rijtuig bezoek aflegt of 's avond u per vigilante van een partijtje laat afhalen, denkt aan den koetsier en laat hem geen half uur zelfs geen minuut nodeloos bibberend wachten. Dienstmeisjes, weest zoo goed om uwe lieve voetjes wat te reppen als er ge scheld is, 't stilstaan op een stoep in de zen tijd kan menigeen een verkoudheid of ziekte bezorgen. Januari 2006 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2006 | | pagina 7