Geïllustreerd ZONDAGSBLAD VLISSINGSCHE COURANT. mijn broek uit te doen en mijn zwarte doek stijf aan het lijf te doen; liep en beetje boven de stroom op om niet teveel af de drijven, want zwem ik mis, dan is er geen redden meer voor mij, ik moet verdrinken. Ik kreeg hem juist van achter te pakken, klom er in haalde het touw binnen boord...' Vervolgens bracht Hobein de sloep met vlag, wimpel en wapens terug naar de ka nonneerboot waar het 'volk een driewerf hoeraa gaven'. Opmerkelijk is dat in alle overleveringen sprake is van het redden van de vlag, terwijl Hobein zelf schrijft ook de sloep teruggebracht te hebben. Een jaar na de heldendaad van Van Speyk (wie kent hem nog?) bleef ook de heldenrol van Hobein niet onopgemerkt. Om het moreel van de troepen hoog te houden waren der gelijke zelfopofferingsacties een voorbeeld voor iedereen. Als beloning werd Hobein onderscheiden met de Willemsorde. Van de latere koning Willem II ontving hij een gou den zakhorloge met ketting. Van een Am sterdams genootschap kreeg hij een zilve ren tabaksdoos evenals van de Stedelijke Schutterij van Rotterdam. Beide tabaksdo zen zijn in de loop van de tijd geschonken aan het muZEEum te Vlissingen. Vervol gens doorliep hij verschillende rangen van stuurman en verbleef hij vaak in de Oost. Hij eindigde als commandant van een marineopieidingsschip in Groningen. Na zijn pensionering in 1871 koos hij Vlissingen tot woonplaats, waar hij in 1888 overleed. Het handschrift Het handschrift bestaat uit een katern van 16 tweezijdig beschreven velletjes ruitjes papier. Hierin doet Hobein zijn leven uit de doeken tot circa 1855. Het eerste deel van het katern verkeert in zeer slechte staat en dient gerestaureerd te worden. Het papier dateert dan ook uit de 'bedreigde periode' 1840-1950, een tijd waarin met zuur papier werd gewerkt. Het Gemeentearchief Vlissingen is al weer een tijdje in het bezit van een jaargang: Geïllustreerd Zondagsblad voor de Vlis- singsche Courant uit 1892. Dit blad ver scheen als bijlage bij de Vlissingsche Cou rant. 111. Geïllustreerd Zondagsblad De in 1834 opgerichte Vlissingsche Cou rant hield 14 jaar later op te bestaan. Het drie maal per week verschijnende blad was geen lang leven beschoren geweest. Haar voorloper Zeeuwsche Zeetijdingen en Vlis singsche Courant, hield het ook al niet lang uit: 1802-1808. In 1861 zag het Vlissingsch Weekblad het licht, dat in 1872 weer werd omgedoopt in: Vlissingsche Courant. Deze periodiek verscheen tweemaal in de week. In 1882 kwam het blad in handen van de uitgever F. van de Velde, die in 1888 over ging naar een blad dat driemaal per week zou verschijnen. W ^OTdng in Jonuoxi 1892. Bifattgul. (F. VAN DE VELDE Jr.! Vcrcthiir.t dkc week in 8 pagina':. TsMjs lil.' cents per 3 maanden vanj3 nummers. -j De kop van het Geïllustreerd Zondagsblad Begin 1892 vond uitgever Van de Velde de tijd rijp om met iets nieuws te komen. Voor een bedrag van 30 cent extra per drie maanden werd voortaan elke zondag het Geïllustreerde Zondagsblad samen met de Vlissingsche Courant bij de abonnee thuis bezorgd. In de Vlissingsche Courant maak te de uitgever de nodige tamtam om de nieuwe periodiek aan te prijzen. 'Wij geloo- ven niet teveel te zeggen als wij beweren, dat dit proefnummer genoegzaam van zich- zelven spreekt en vertrouwen dan ook dat velen zullen kunnen besluiten, het bagatel van 30 cents boven den gewonen abonne mentsprijs meer te betalen', schreef hij. Samen met het eerste nummer van 1892 kregen de abonnees een proefnummer van het Geïllustreerd Zondagsblad meegezon- 20 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2006 | | pagina 22