-VM IV!kf I COKsMAS "VIVOSOrt4T*t 1Stv--, AP5RE6,V >f.Ci V AU?r vCviNI-JS NOVtOVLK il- tsi.ccoftss i ;'*>S! VAl-f.N -,i wos tjU .-.naocoijcxix Ook moest de steen ontzilt worden - een voorwaarde bij toepassing van deze metho de - want de stukken moesten in ketels hoogverhitte acrylaathars worden gelegd. Zout trekt te allen tijde vocht aan, maar be vat de steen op dat moment nog vocht dan ontstaan explosies van stoom. Bij ontzilting worden de stukken in bakken gelegd waardoor gedemineraliseerd water stroomt dat het zout doet oplossen. Het vervuilde water wordt keer op keer gezuiverd, tot de steen (vrijwel) geen zout meer bevat. Voor dit proces werd de beste installatie in Nederland naar Zeeland gehaald; de instal latie waarmee in Delft het marmeren graf monument van Willem van Oranje was be handeld. Dit proces werd zo snel mogelijk gestopt. Bij alle witte steen loste de verbrande op pervlakte op, waardoor de ornamentiek grotendeels verdween. Bij melding van dit verschijnsel werd ook vanuit de Rijksdienst een akkoord gegeven voor het stoppen van de behandeling. Achteraf bezien had de uitkomst voorspel baar kunnen zijn als de temperatuur ten tij de van de brand bekend was geweest. Bij verbranding van marmer ontstaat namelijk Het epitaaf na de brand, zoals het ruim negentig jaar in de kerk heeft gehangen, 1974 (foto Back, collectie Gemeentearchief Vlissingen) ongebluste kalk, bij verbranding van albast ontstaat gips. Beide poedervormen zijn in water oplosbaar. Bij de andere stukken slaagde de ontzilting wel, te weten bij de marmeren zuilen, de vulstukken en de zwarte tekstplaten. Hoewel gehavend met breuken en gaten, vielen deze nog goed te restaureren. Inmiddels was het oktober 2005. De ge plande methode werd verlaten en een nieuw plan moest gemaakt worden. In overleg met de Rijksdienst werd gekozen voor het maken van een kopie van het epi taaf. Hiervoor werd besloten om in mar mermortel afgietsels te maken van de oor spronkelijke albasten stukken. Om dit te realiseren moesten deze stukken eerst op nieuw gemodelleerd worden, dit vanwege de schade die tijdens de ontzilting was ont staan. Omslachtig, maar hierdoor bleef het nieuwe epitaaf zeer dicht bij het oude. Na het maken van de afgietsels en het po lijsten en modelleren, diende er nog een adering te worden aangebracht die in/op de originele steen aanwezig was geweest. Schilderen was geen optie vanwege het ui terlijk. Besloten werd tot gietwerk met een April 2008 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2008 | | pagina 13