Van Sint Jacob, Micbiel, voorzangers,
monumenten en verdwenen kerken
Aafke Verdonk-Rodenhuis
Deze aflevering van Den Spiegel is geheel in
het teken van 700 jaar Sint Jacobskerk en het
Jaar van het Religieus Erfgoed. Een actuele
Spiegel dus, met zeer interessante, goed
gedocumenteerde artikelen en met grappige
details en anekdoten.
De Sint Jacobskerk, waarvan we dit jaar
het 700-jarig bestaan vieren, staat op veel
afbeeldingen van Vlissingen als markant
gegeven in het silhouet van Vlissingen. Na
een dramatische brand in 1911 bleef er
weinig van de kerk over, foto's van de ver
woeste kerk geven een triest beeld. De kerk
zoals wij die nu kennen, is die van na de
restauratie, voltooid in 1914. Dat betekent
dat de kerk al weer ruim tachtig jaar in de
huidige staat bestaat, langer dan de meeste
grote kerken in Nederland.
Onze Jacobskerk is altijd zeer aanwezig ge
weest in het Vlissingse. Middelpunt van het
leven in de stad, soms decor voor ingrij
pende gebeurtenissen. Zo was het vanuit
de Jacobskerk dat de Vlissingse bevolking
naar het havenhoofd trok op 6 april 1572
en een einde maakte aan de Spaanse over
heersing in de stad, een legendarische da
tum en een prachtig verhaal.
Religieus erfgoed, hierbij gaat het over
meer dan gebouwen, monumenten, ook
over ideeën en mensen. Deze Spiegel biedt
dan ook een verscheidenheid aan artikelen.
Ad Tramper begint zijn artikel Michiel de
Ruyter en de verbouwing van de toren in
1616/1617 met een citaat van Gerard
Brandt, biograaf van Michiel de Ruyter,
over Michiels roekeloze klimtocht naar de
top van de toren. De metafoor in het ver
haal: De Ruyter die de maatschappelijke
ladder beklimt tot grote hoogte. Ad Tramper
laat in zijn verhaal zien hoe het wellicht
heeft kunnen gebeuren.
Bescheiden IJdelheid van Jeroen-Martijn
Hangoor behandelt de restauratie van een
grafmonument. Het gaat om het grafmonu
ment van Jan Lambrechtszoon Coole, een
van de belangrijkste regenten en kooplie
den in Vlissingen, begraven in de Sint
Jacobskerk in maart 1619. Het monument
werd bij de brand in 1911 verwoest. Hang
oor vertelt uitgebreid over de restauratie
van dit monument.
Dick Trouwborst vertelt over Jacob Ver
schoor (1648-1700), een eigenzinnige Vlis-
singer. Hij werd in september 1700 voor
twee ponden en nog wat begraven in de
Jacobskerk; een eigenzinnige man, theolo
gisch geschoold. Hij begon voor zichzelf,
organiseerde 'oefeningen', kerkdiensten
buiten de gereformeerde kerk om. Dat viel
niet goed. Trouwborst constateert dat zoals
vaker bij een groepering met een sterke lei
der, met zijn dood ook de sympathisanten
verdwenen.
Vlissingse voorzangers en voorlezers voor
het voetlicht, Ad Tramper laat zien welke
functies er vroeger waren in de kerk. Voor
lezers en voorzangers waren kennelijk een
apart slag. Tramper geeft voorbeelden en
zeer tot de verbeelding sprekende anekdo
tes, bijvoorbeeld hoe een zekere De Smit
van zijn taak als voorzanger werd onthe
ven.
Cees Steutel gaat in zijn artikel De Waalse
Kerk te Vlissingen van 1572 tot 1825 uit van
archeologisch onderzoek en maakt duide
lijk dat door middel van een combinatie
van archief- en archeologisch onderzoek
een zo goed mogelijk beeld van een al lang
verdwenen kerk kan worden gegeven. Hij
concludeert dat het in het Jaar van het Reli
gieus Erfgoed belangrijk genoeg is aan
dacht te schenken aan dit stuk cultuurge
schiedenis.
2
Den Spiegel