de diensten van de loods was afhankelijk van de afspraken die door hem met de ka pitein vooraf waren gemaakt. Het behoeft geen betoog dat er soms van overvragen sprake was, vooral wanneer de weersom standigheden dusdanig waren, dat de ka pitein geen keus had. Maar het kwam ook voor dat men de loods van het uitgaande schip - teneinde de betaling van het loods geld te ontgaan - naar een vreemde haven meenam en daar aan wal zette. Hij moest dan maar zien thuis te geraken. Pas uit de Franse tijd, toen het Loodswezen onder toezicht van de marine kwam, krij gen we gegevens over het aantal loodsen, over de schepen die zij loodsten en hun in komsten. De scheepvaart was in die dagen nagenoeg tot stilstand gekomen door de voortdu rende oorlog met Engeland. De betekenis van het Loodswezen was toen dan ook ge ring. Na de nederlaag van Napoleon bleef het Loodswezen onder toezicht van de ma rine. In 1814 kwam het eerste reglement voor 'Het vast Loodswezen' te Vlissingen tot stand. Hierin lezen we dat het aantal zeeloodsen werd bepaald op vijftien en dat van de binnenloodsen op acht. In tijden van grote drukte werden er noodhulpen bij geroepen. De loodsreglementen, die op gezette tijden zijn gewijzigd en aangevuld, geven een goed inzicht in de sterkte van het loodsencorps en het aantal en soort schepen, dat voor de loodsdienst werd gebruikt. Tot 1900 maakte men voor het beloodsen op zee uitsluitend gebruik van zeilvaartuigen. Het duurde tot 1927 vóór de laatste zeilende loodsschoener werd af gedankt. Het Vlissingse Loodswezen heeft ten opzichte van de andere loodsdistricten altijd een bijzondere positie ingenomen; dit had te maken met de Scheldekwestie. In het Scheldetractaat van 1839 kwam namelijk de bepaling voor, dat België en Nederland gezamenlijk voor de belood- sing op de Schelde en het Kanaal van Gent naar Terneuzen zouden zorgen. Iedere ge zagvoerder zou vrij zijn om te kiezen tus sen een Nederlandse of een Belgische loods. Deze vrije loodskeus betekende een concurrentiestrijd tussen de Belgische en Nederlandse loodsdiensten, die in feite pas eindigde bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Tot zover dit korte overzicht van een bij zonder fraai gedenkboek. Binnenkort is er een flyer met antwoordkaart waarmee u dit boek op voorhand tegen een aanmerkelijk lagere prijs dan in de boekhandel kunt be stellen. Gezicht op de Dokhaven met loodsschoeners en de Dokhaven, ca. 1900. (Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen) Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2009 | | pagina 20