F.M. Wibaut:
van Koudekerke naar Amsterdam
Jan Zwemer
'Op een dag werd er in Koudekerke, een dorp bij
Middelburg, een nieuw café geopend en het
gelukte om van den caféhouder gedaan te
krijgen, dat de afdeling der SDAP Middelburg er
een vergadering mocht houden. Ik trad er op als
spreker. Het was een gebeuren in het dorp. De
jonge predikant was ter vergadering gekomen.
Ik hield een propagandarede voor socialisme
zoals men dat doen moest voor arbeiders die
er nog nooit van hadden gehoord... Maar mijn
publiek bleef volkomen onbewogen... Toen ik
gesproken had kwam de jonge predikant met
mij in debat. 'De predikant vond het socialisme
onnodig: in de Bijbel konden ze alles vinden wat
voor hun zielenheil nodig was daar kwam het
maar op aan.'
'Toen de dominee uitgesproken was, nam
ik het woord en zei dat ik niemand zou ont
raden om in de Bijbel te lezen... Maar dat
dit toch evengoed zou kunnen, wanneer
de arbeiders beter woonden dan thans in
veel te kleine huisjes, wanneer ze zichzelf
en hun gezin beter konden kleden, dan
thans mogelijk was, enz. Onze socialis
tische beweging wilde in de eerste plaats
in die levensomstandigheden van de ar
beiders de verbetering zien aangebracht,
die zo noodzakelijk was en die volkomen,
zonder enige revolutie of andere akeligheid,
mogelijk was.... Toen stamp-Ten plotseling
al de klompen van de boerenarbeiders in
het zaaltje op de grond als blijk van instem
ming en goedkeuring. Het was heel stevig
en niet heel kort. Dat was het slot van de
vergadering.'
Dit citaat uit de autobiografie van Floor
Wibaut, de zoon van een Vlissingse koop
man en vermoedelijk de bekendste socia
list die Walcheren heeft voortgebracht, gaat
over de jaren vlak vóór de vorige eeuwwis
seling, toen het socialisme in de dorpen op
Walcheren nog zo goed als onbekend was.
De plaatselijke elite wilde dat zo houden
en probeerde dat vooral te doen door, via
het uitoefenen van druk en het laten gelden
van haar gezag, ervoor te zorgen dat geen
enkele zaal voor socialistische sprekers
beschikbaar kwam. Wanneer dat dan toch
wél gebeurde, legde men, zoals de predi
kant van Koudekerke deed, de nadruk op
het anti-godsdienstige element in een deel
van de socialistische beweging.
Het aardige aan dit citaat is, dat we er de
ideologische positie van de op dat moment
ongeveer 36-jarige Floor Wibaut helemaal
in terug zien. Wibaut, die uit een vroom
katholiek gezin kwam en aan zijn ouders
wel gezien had dat christendom sociale be
wogenheid zeker niet in de weg hoefde te
staan, verbond het socialisme niet per se
met antikerkelijkheid of ongeloof. Wibaut
kwam tot het socialisme niét via een
Franse denker uit de Verlichtingsschool,
niet via het pseudowetenschappelijk doctri
nair marxisme uit Duitsland, maar via de
Fabians, de Engelse socialistische bewe
ging die het socialisme niet via een revolu
tie wilde bewerkstelligen, maar via hervor
mingen. De Fabians stonden aan de wieg
van de Engelse Labourpartij en deze partij
heeft altijd christelijke aanhangers gehad.
Overigens had Wibaut zelf in zijn jonge ja
ren al afscheid genomen van het christen
dom, maar anti-godsdienstig is hij nooit
geworden. Dat blijkt ook uit zijn houding
ten opzichte van de grote politieke tegen
stelling van die jaren tussen confessionelen
en liberalen, de gelijkstelling van christelijk
met openbaar onderwijs. Wibaut, die onder
meer op katholieke scholen had gezeten,
was vóór gelijkstelling en zat op dit punt
op één lijn met de socialistische voorman
Troelstra.
Maar pas in 1902 zou dit de officiële partij-
16
Den Spiegel