in Nieuw Nederland. Een andere belang rijke plaats was Fort Oranje of Beverswijck, dat tegenwoordig Albany heet, de hoofd stad van de staat New York. Ook op het langgerekte eiland ten oosten van Nieuw Amsterdam stichtten kolonisten een paar dorpjes. Vlissingen Een van deze dorpjes op het Lange Eijlandt, tegenwoordig Long Island geheten, werd Vlissingen genoemd. In 1645, na afloop van de strijd tegen de Indianen, maakte de West-Indische Compagnie van Vlissingen een officiële nederzetting. Maar het plaatsje en de naam bestonden al. Ongetwijfeld zullen er in die tijd Zeeuwen in Nieuw Nederland hebben gewoond en zelfs Vlissingers. Maar vanaf het moment dat de eerste schamele onderkomens werden ge bouwd, was Vlissingen een nederzetting van Engelse kolonisten, niet van geëmigreerde Zeeuwen of Vlissingers. Dat hoeft geen verbazing te wekken. De Nederlanders waren destijds in de min derheid in Nieuw Nederland. Meer dan de helft van de bewoners bestond uit niet-Ne- derlanders. De kolonie werd bevolkt door Duitsers, Denen, Zweden, Finnen, Walen, slaven uit Afrika, een enkele Indiaan, Fransen en Engelsen. Deze Engelsen kwamen meestal uit het noorden en probeerden te ontsnappen aan het puriteinse, orthodoxe regime in New England, de streek rond de huidige stad Boston. Oorspronkelijk waren ze naar New England getrokken om de staatsgodsdienst in hun eigen land te ontvluchten. In Amerika bleken ze echter onder de Puriteinen nog slechter af dan in hun moederland. Vandaar dat ze naar het zuiden reisden. Het waren deze Engelsen, die niet lan ger onder het Puriteinse regime wilden le ven, die op het Lange Eijlandt niet alleen Vlissingen stichtten, maar ook Middelburg (tegenwoordig Newtown), Gravensande (Gravesend), Heemstede (Hempstead) en Rustdorp (Jamaica). In de meeste gevallen noemden de Engelsen hun nederzetting in Nieuw Nederland naar de stad in Nederland die ze een veilig on derdak had geboden toen zij Engeland met zijn religieuze dwang waren ontvlucht. Een soort eerbetoon dus aan hun eerdere wijk plaats in Nederland. Er is alle reden om te veronderstellen dat dit ook gold voor de Engelsen die Vlissingen hebben opgericht, schrijft Henry D. Waller in zijn uitputtende History of Flushing uit 1899. Zo bezien is Vlissingen in Amerika dus door Engelsen vernoemd naar het Zeeuwse Vlissingen, in dankbaarheid voor de gastvrijheid van die stad. Voor de verklaring dat de West-Indische Compagnie, die Nieuw Nederland bestuur de, Vlissingen heeft vernoemd naar haar belangrijke haven in Zeeland, heb ik geen historische bron kunnen vinden. Het blijkt althans niet uit de geschiedschrijving van het Amerikaanse Vlissingen. Pilgrim Fathers Het Amerikaanse plaatsje Vlissingen, dat pas in 1665 Flushing zou gaan heten, heeft een doorslaggevende rol gespeeld in het vestigen van de godsdienstvrijheid in Amerika. Die vrijheid is nog steeds een van de pijlers onder de ideologie van de Verenigde Staten. Vaak wordt gezegd dat de Pilgrim Fathers, Engelsen die gebroken hadden met de staatskerk, voor deze vrijheid de basis heb ben gelegd. De werkelijkheid blijkt anders. De Pilgrim Fathers trokken na ruim tien jaar in ballingschap in Nederland met hun schip de Mayflower in 1620 naar de nieuwe wereld, om daar, in vrijheid, hun godsdienst te kunnen beleven. De reden om na hun eigen land ook Nederland te ontvluchten, was niet dat ze in Nederland werden vervolgd. In het zeventiende-eeuwse Nederland gold een grote mate van godsdienstvrijheid en uit heel Europa trokken religieuze asielzoekers naar de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Hugenoten uit Frankrijk, Joden uit Spanje en Portugal en de Pilgrim Fathers uit Engeland. De Pilgrim Fathers verlieten Nederland dus niet omdat ze werden vervolgd. Ze 4 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2009 | | pagina 6