Over een VOC-sehip, een gevelgat en
een kleuterschool
Jan Hintzen
Een krant wordt niet gemaakt door haar
redacteuren, maar door haar lezers. De
dagbladpers pronkt graag met dit gezegde,
daarmee suggererend dat de abonnees wel
degelijk invloed hebben. Geldt dat ook voor
Den SpiegelGedeeltelijk wel, op de laat
ste algemene ledenvergadering werd dui
delijk dat onze periodiek door drie partijen
gemaakt wordt. De redactie benadert een
auteur over een onderwerp uit de lokale
geschiedenis van de gemeente Vlissingen
of de maritieme geschiedenis van Zeeland.
Dan gaat de schrijver aan het werk en komt
vroeg of laat met een artikel. Giteindelijk
oordeelt de lezer of het smaakt of geeft kri
tiek en suggesties. Door die samenwerking
behandelt Den Spiegel soms een thema
maar krijgt ook vaak een gevarieerde in
houd. Dat laatste is dit keer het geval.
Auteurs en redactie wensen u veel lees- en
kijkplezier.
Maritiem historicus Doeke Roos vertelt
in De ondergang van het VOC-schip de
Woestduyn over het te verschijnen boek
van Arthur Scheijde. Voor Zeeuwen heeft
de Woestduyn nog steeds een legendari
sche klank. Dat komt vooral door de spec
taculaire redding van de bemanning van de
Woestduyn door de Vlissingse visser, loods
en mensenredder Frans Naerebout. Er is al
veel geschreven over die heldendaad maar
het in de subtitel genoemde 'verdwenen
fortuin' maakt nu nog nieuwsgierig. De il
lustraties in het boek en in dit artikel zijn
door Scheijde zelf gemaakt. De kleurige af
beelding op de omslag is een voorbeeld en
waard ingelijst te worden.
Ieder kent het gat in de gevelwand van
het Bellamypark. Sarina Hendrikse en Ad
Tramper behandelen in Bellamypark 20,
van Baggaert tot Weijens de oude geschie
denis van wat er eens stond. Over de ju
welierszaak van de Gebr. Weijens wordt
nu nog gesproken, vooral door de felle en
heldere verlichting in de prachtige etala
ges. Maar herinneringen worden met de
tijd mooier en 'een zee van licht' blijkt erg
tijdsgebonden. Zo is het met de kennis van
nu wel bijzonder te zien wat er in de jaren
twintig van de vorige eeuw verstaan werd
onder 'vooral des avonds oefent de winkel,
wanneer hij in een zee van elektrisch licht
baadt, een bijzondere aantrekkingskracht
uit.'
De genealogie van bewoners van Bellamy
park 20 en de geschiedenis van enkele
oude grafstenen geven de naspeuringen in
dit artikel een extra dimensie.
Hoger beroepsonderwijs en een kleuter
school zijn ogenschijnlijk tegenstellin
gen. Jaques den Exter weet het verband
te duiden in HBO in de kleuterschool,
over Fietsenmakers, Vonkentrekkers en
Polderjongens. Nu zijn er zo'n 3850 stu
denten druk in een groot studiecomplex
aan de Prins Hendrikweg. Toen, in 1947
begonnen 24 werktuigbouwkundigen in
het Burgerweeshuis aan de Badhuisstraat.
Later werden een aantal barakken aan de
Verlengde Hobeinstraat betrokken. En ook
in het markante kleuterschooltje op de
hoek Paul Krugerstraat-Hobeinstraat wa
ren eens HTS-studenten in de weer. Jaques
den Exter brengt de lezer terug naar die
tijd, mede aan de hand van mooie persoon
lijke herinneringen. Ook zal de illustratie op
de middenpagina veel Vlissingers aan toen
doen denken.
Tenslotte heeft Anton Tanghe in Archief-
nieuws een pracht selectie uit het KMS-
fotoarchief samengesteld.
2
Den Spiegel