2Un&en GEBRS. WEIJENS deeld, waarin alles zoo geborgen kan wor den, dat de clientèle onmiddellijk het ver langde kan worden voorgelegd. Dat in dezen winkel de enorme collec tie gouden en zilveren artikelen prachtig opdoet laat zich wel begrijpen. De firma Weijens is ruim gesorteerd in al wat in het goud- en zilvervak slechts verlangd kan worden, waarvan men zich bij een bezoek aan den winkel zelf kan overtuigen. Achter den winkel komt een kantoor, dat nog niet is afgewerkt en daarachter de hor logemakerswerkplaats. Boven is de goud- en zilversmederij, voor zien van de nieuwste machines en waar alles dan ook vervaardigd wordt. Aan het hoofd is een alleszins bekwaam vakman ge plaatst, waardoor de Firma Weijens in staat gesteld is alle in het vak voorkomende arti kelen zelf te fabriceeren, zoal trouwens met alles wat in den winkel voorkomt, uitgezon derd klokken, pendules, barometers, lepels en vorken, dan ook werkelijk het geval is. De heeren Weijens hebben door deze ver- jongenskuur welke zij hun zaak hebben laten ondergaan ten duidelijkste bewezen dat zij in elk opzicht met hun tijd wenschen meede te gaan.' In september 1911 brandde de Sint Jacobs- kerk af. De toren stortte met donderend ge raas bovenop de eeuwenoude in de kerk liggende graven. Een macaber silhouet do mineerde daarna de stad voor lange tijd. Door de ingestorte toren konden de inwo ners van de stad niet meer zien hoe laat het was. In een tijd waarin nog niet veel men sen met een horloge op zak liepen, heel on handig. De horlogemakers Weijens en Van der Vegt plaatsten daarom elk een grote klok in hun etalage. De correspondent van de Vlissingsche Courant vroeg zich af of het niet wenselijk was om op enkele punten in de stad elektrische klokken te plaatsen zo als ook in andere steden het geval was. Bij de herbouw van de kerk ruimden veel gebroken grafstenen het veld. Anderen werden verplaatst. Archivaris P.K. Dom misse inventariseerde de grafschriften. Ter aanvulling raadpleegde Dommisse de archieven van de Hervormde gemeen te. In 1913 publiceerde hij het boek: Eenige grafschriften uit de afgebrande St. Jacobskerk te Vlissingen, met archivali sche toelichting. Een van deze grafstenen was voorzien met het opschrift: HIER RC1ST IN DEN HEERE JAN BAGGAERT VAN THIELT IN VLAANDEREN, STERF DEN 25 JANUARI A 1602, OUT ZYNDE OMTRENT 47 JAREN ENDE SYNE HUYSVROUW, NELLEKE (DEVERS), GEBOREN VAN GENDT, OVERLEET 14 NOV(EMBER) ANNO 1(626), OUDT 62 JAREN. De hierboven genoemde Nelleken Bag- gaert staat in het 'Register van eigenaren' als vroegste eigenaar te boek van het pand Bellamypark 20 (toen nog Oostzijde). Dit register bevindt zich in het gemeentearchief en is de ruggengraat van de Vlissingse on roerend goed registratie van de zeventiende en achttiende eeuw. Het verarmde maar vrijgemaakte Vlissingen telde in 1572 nog maar krap 4000 in woners. Het echtpaar Jan en Nelleken Baggaert(s) was van Vlaamse afkomst. Tal van Vlamingen weken na de val van Antwerpen in 1585 uit naar de Noordelijke Nederlanden; vooral om de intolerantie van het katholicisme te ontvluchten. In het kohier van de twintigste penning uit Advertentie uit de Vlissingsche Courant, 4 mei 1940. Ruime keuze. Alle prijzen, FIRMA BELLAMYPARK 20 Telefoon 262 Juweliers, Optiek, Horlogers Juli 2010 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2010 | | pagina 9