vriendinnetjes van zijn kinderen gedroeg hij zich als de populaire en toegankelijke oom. Het gebouw bleek ook een binnen kant te hebben waaraan we ons regelma tig konden vergapen wanneer Bart bij zijn vader moest zijn en wij mee naar binnen mochten. Ik herinner me de statige entree, de gebrandschilderde ramen, de raadzaal en de burgemeesterskamer waarin vooral het zware meubilair van hout en leder een onuitwisbare indruk hebben gemaakt. Op zo'n stoel en aan zo'n tafel moesten ook Churchil en Eisenhower hebben gezeten toen ze hun plannen beraamden om Hitier een kopje kleiner te maken (we waren op school met de geschiedenisles bij de Tweede Wereldoorlog beland) en misschien bezat onze eigen koningin er ook wel een paar exemplaren van. Mijn eigen vader was zeeman en moest in mijn beleving de hele dag door zijn schip lopen om het op koers te houden. Zo'n burgemeester had het toch maar mooi voor elkaar. Wij wisten in 1963 nog niet dat de zelfstan digheid van Souburg aan een zijden draadje hing. Vlissingen had al jaren annexatieplan nen en de landelijke overheid had daar wel oren naar. Het is bekend dat de vorige bur gemeester Stemerding zich fel verzette te gen de plannen. Hoe de opstelling van de nieuwe man was, is niet echt duidelijk. Feit is dat de gemeente Oost- en West-Souburg per 1 juli 1966 ophield te bestaan en opging in de gemeente Vlissingen. De burgemees ter maakte promotie naar het veel grotere Woerden en nam zijn hele gezin mee. Ik zelf verhuisde ook, eerst naar Hansweert met mijn vader, moeder en broertje en, na op nieuw een paar jaar Souburg, als zelfstan dige jongeman naar Rotterdam. Tot 2002, het jaar waarin ik weer in Vlissingen ging wonen, heb ik nooit meer gedacht aan het gemeentehuis. Pas toen ik tijdens een fiets tochtje besloot om te gaan kijken hoe ons oude huis in de Van Doornlaan erbij stond en ik daarna via de brug in de Kanaalstraat belandde, zag ik het weer: statig als altijd, strak in de lak en met een vlag van Omroep Zeeland in de voortuin. Ik ben er inmiddels een paar keer binnen geweest vanwege een interview en een reportage waarin ik voor kwam en ontwikkelde de afgelopen jaren geleidelijk aan weer belangstelling voor het gebouw en vooral voor de vraag hoe Souburg er in geslaagd was om een pres tigieuze organisatie als de provinciale om roep binnen haar dorpsgrenzen te krijgen. Het twintigjarig bestaan van de omroep in 2010 leek me een mooie gelegenheid om hierover een artikel te schrijven, wat onder zoek te doen en de mannen van het eerste uur aan de tand te voelen: Henk Koch (initi atiefnemer van de omroep en later secreta ris van het bestuur) en Flip Feij (directeur/ hoofdredacteur). De Omroep: wat vooraf ging De eerste uitzending van Omroep Zeeland ging van start op maandag 1 januari 1990 om precies 00.00 uur. Buiten knalde het vuurwerk, binnen de champagneflessen en de zenuwen van de aanwezigen: de elf medewerkers, een afvaardiging van het be stuur en wat politici. De berichtgeving ging over de oudejaarsnacht en het vuurwerk in de Kanaalstraat, verslagen door oud PZC- journalist Bob Lagaaij. Hedy d'Ancona, de toenmalige minister van Welzijn, Volks gezondheid en Cultuur waaronder ook de media vielen, zei vanuit Den Haag iets aar digs over de nieuwe omroep en een strijkje van de Zeeuwse Muziekschool speelde klassieke muziek onder leiding van Rien Hillebrand. Hoeveel luisteraars er die nacht de radio hadden afgestemd op de nieuwe omroep is niet bekend omdat er nog niet kon wor den gemeten. Zeker is dat de uitzendingen in hoog tempo wonnen aan populariteit en dat de omroep in korte tijd uitgroeide tot een niet meer weg te denken informatie bron in het Zeeuwse medialandschap met relatief hoge luistercijfers. En dat werd tijd, want Zeeland was de laatste provincie die een eigen regionale omroep kreeg. Zeeland was waarschijnlijk ook een van de provincies met de langste incubatietijd tussen de vroegste plannen en de eerste Oktober 2010 15

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2010 | | pagina 17