De situatie verhardt Bomvrije kazerne met Gevangentoren De Bomvrije kazerne, met links de Gevangentoren, ca. 1915. Nog geen week later was het weer raak in Vlissingen. In de avond van 28 oktober was er bij de 4e compagnie in de Bomvrije-ka- zerne een samenscholing van militairen, die ontevreden waren over het eten en het straf fen van een soldaat. Die had zich tijdens de strafoplegging door de compagniescom mandant op felle wijze gekeerd tegen een luitenant, vermoedelijk uit onvrede over de beschuldiging. De luitenant van de week rapporteerde aan de compagniescommandant, dat het eten onvoldoende was geweest en daarom werd besloten een geplande avondoefening af te gelasten. Toen men bleef samenscholen, schijnt de wachtcommandant tegen de sa mengeschoolde militairen gezegd te heb ben "Ga maar naar de God van Walcheren". Daarmee bedoelde hij kolonel A. J. Gooszen, commandant van Walcheren. Door die uit spraak werd de lont in het kruitvat gegooid, een honderdtal militairen en opgeschoten jongens trok van de Bomvrije-kazerne naar de Marinierskazeme waar de 2e compag nie gelegerd was. Daar riepen zij leuzen en een matroos bedreigde een vaandrig met de woorden "wij moeten vreten hebben, wij hebben honger, verlof". De vaandrig wist zich op eigen kracht uit de demonstranten te redden. Een adjudant herkende onder de beto gers milicien Kinsbergen, die riep: "voor uit mannen, allemaal mee". Hij greep hem beet en wees op zijn laffe optreden en de ernst van zijn handelen. Ook waarschuwde de adjudant de manschappen zich niet als werktuig te laten gebruiken. In het donker kreeg hij ook nog een demonstrerende ma troos te pakken, maar die rukte zich los en schreeuwde "lafaards zijn jullie van de 2e compagnie om uit te rukken". Een kleine 40 militairen van de 2e com pagnie trad niet aan voor het avondappel, maar sloot zich uit solidariteit aan bij de de monstranten. Die trokken via de Walstraat en Badhuisstraat naar de Paul Krugerstraat De Grote Markt, ca. 1910. YlïSifasOT, 'Brocïe Ttfarltt'. 4 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2011 | | pagina 6