de pin afgebeeld. Blijkbaar was Anthonis
Pieterse schoenmaker geweest. Daaronder
de tekst: 'Hier leyt begraven Pierynken
Anthonis huysvrouwe van Pieter de Jager
sterf den X September 1614'. Dit is de
grafzerk van vader en dochter. Pierynken
Antheunis, zoals ze ook werd genoemd,
was de eerste vrouw van Pieter de Jager.
Deze Vlaming was geboren in Lembeke, en
hij was bakker in de Walstraat. Zijn broer
Jan was 'corenkooper'. Pierynken moet
jong overleden zijn. Pieter begroef haar
bij haar vader en trouwde nog twee keer,
in 1615 met Adriaenken Adriaens, en in
1617 met Catelyne Salomons, geboren in
Ostende, weduwe van Jacob van Huycke,
woonachtig in de Nieuwstraat. Zelf overleed
hij in oktober 1669.
Een eindje verder zien we nog een klei
ne zerk, nr. 92. Tekst: 'Begraving van
Johanna Willems D(ochter) van Den
Busschaert van Delf, out 75 jaren Wed.
van Johannis Knyf mede van Delfs. Sy is
overleden den 6 Augusti 1616'. Erboven
een mannelijk en een vrouwelijk wapen.
Dit echtpaar was dus afkomstig uit Delft.
Dan zien we drie grote zerken. Nr. 26 is de
grafzerk van een jonge moeder, blijkbaar in
het kraambed gestorven, met haar kindje,
dat haar maar elf weken had overleefd. De
tekst: 'Hier leicht begraven Elisabet Velters
huisvrou van Niclaes Janssen is overleden
den 20 Augustus Ao. 1620 houdt 29 jaren
ende Jan Niclaaissen haer sone overleden
den 18 October 1620 houdt elf wecken'.
Elisabet Velters, of Lysbet, zoals ze werd
genoemd, geboren in Veere als dochter
van Cornelis Velters en Tanneken Lamsen,
beiden uit Ostende, was al vroeg wees ge
worden. Ze was op twaalfjarige leeftijd sa
men met haar zuster Magdalena Velters in
huis genomen bij haar oom, niemand min
der dan Cornelis Lampsins sr., die in de
Hellebardierstraat woonde. Ze trouwde van
hieruit met Nicolaes Jansen in 1614. Deze
Claes Jansen hertrouwde na haar dood
met Sara van Dorst, weduwe van Jacob
Jasperssen, wonende in de Nieuwstraat, in
1626.
Daarnaast zien we nr. 122, de rijke graf
zerk van de familie Lampsins, met de vol
gende teksten, te beginnen links boven:
'Hier rust in den Heere Jacob Lampsins fi-
lius Cornelis, gebooren van Oostende, die
overleet den 6 April 1615 ende sin huis-
vrouwe Jacomine Pieters filia Jans, ge
boren van Nieupoort, die overleet den 24
Nofember 1613'. Rechtsboven: 'Hier rust
in den Heere Jan Lampsins filius Cornelis,
gebooren van Oostende, die overleet den
2 Feberwari 1619'. Onder: 'Hier rust in
den Heer Cornelis Lampsins, die overleet
den 24 November 1624, out sinde 84 ja
ren, ende Marya Meunicx, filia Jans, huys
vrouwe van Cornelis Lampsins, beide van
Osthende, tsamen in huywelick gheweest
hebbende over de 46 jaren, die overleet
den 13 dach van Julio Ao 1610 out synde
72 jaeren'. En op de rand: 'Hier rust in den
Heere Maria Lampsins filia Cornelis, out
31 jaeren, geboren van Oostende gestor
ven op den 10 September Ao 1636'. Dit is
dus de bekende koopmansfamilie uit Oost-
Vlaanderen, waarvan de rijkdom spreek
woordelijk werd. Cornelis Lampsins sr. was
aanvankelijk burgemeester van Ostende,
zijn vrouw Maria Meunicx was een burge
meestersdochter uit die stad. Het echtpaar
vestigde zich omstreeks 1584 te Vlissingen.
Hun zonen Cornelis en Adriaan waren re
ders. Adriaan vestigde zich in Middelburg
en werd bewindhebber van de Oost-
Indische Compagnie. Hij huwde met Jozina
de Haze en bewoonde het huis Bourgogne
in de Korte Delft, waar hij in 1665 overleed.
Zijn broer Cornelis huwde met Tanneken
Geleynse Boers "geseyt" Schot, dochter
van burgemeester Gelein Adriaansz. Schot.
Hij liet het Lampsinshuis op de Nieuwendijk
bouwen. Waarin nu het Maritiem MuZEEum
gevestigd is. In 1652 werd hij burgemeester
van Vlissingen. Cornelis Lampsins jr. over
leed in Vlissingen op 2 september 1664,
een jaar voor zijn broer Adriaan. Michiel de
Ruyter begon bij deze familie ooit zijn loop
baan.
Dan ligt er nog een grote zerk, nr. 69, ook
weer van een burgemeestersgraf. Deze zerk
is zwaar beschadigd en zeer sleets. Onder
een veld met twee wapens staat de tekst:
'Hier licht begraven Jan Janssen in sijn
leven burgemeester der stadt Vlissingen
24
Den Spiegel