Nieuwe inzichten over het leven van Abraham Crijnsens Ruud Paesie Over het leven van de beroemde kapitein commandeur Abraham Crijnsens, die in 1667 Suriname op de Engelsen veroverde, is weinig bekend. Recente archiefvondsten brengen daar verandering in. Zo weten we nu dat hij zijn brieven niet met Crijnssen, zoals hij doorgaans wordt genoemd, maar met Crijnsens ondertekende. Suriname Op 30 december 1666 vertrok de Zeeuwse commandeur Abraham Crijnsens vanuit Veere met een eskader, bestaande uit drie grote fregatten en vier kleinere vaartuigen. Hij voerde het bevel over ongeveer 700 zeelieden en 250 soldaten. Crijnsens had van de Staten van Zeeland opdracht gekre gen om naar de West te zeilen en schepen en posities op de Engelsen te veroveren. Op 25 februari 1667 zeilden zijn schepen de Suriname-rivier op. De Engelsen waren niet op een aanval voorbereid en na een kort gevecht gaven zij zich over. Alle voor anker liggende Engelse schepen werden in beslag genomen. Het in aanbouw zijnde fort Willoughby werd in fort Zeelandia om gedoopt. De Aardenburg, een fluitschip dat deel uitmaakte van het eskader, zeilde ver volgens met een lading suiker terug naar Zeeland en bracht daar verslag uit van de verrichtingen. Een ander Zeeuws schip bleef in de monding van de Suriname-rivier en wachtte de Engelse slavenschepen op. Ondertussen had Crijnsens zijn missie vervolgd en heroverde andere bezette Nederlandse koloniën. Bovendien namen zijn mannen bij Virginia, aan de oostkust van Noord-Amerika, een Engels oorlogs schip en een aantal Engelse koopvaar ders die met tabak geladen waren. Daarna zeilde hij terug naar Zeeland en werd als held onthaald. Toch zagen de Engelsen hun kans schoon om in de tussentijd fort Zeelandia te heroveren. Kort daarop startten de vredesonderhan delingen met Engeland die uiteindelijk in de Vrede van Breda (31 juli 1667) uit mondden. Daarmee kwam een eind aan de Tweede Engelse Oorlog (1665-1667). Hoewel in de vredesbepalingen was vast gelegd dat Suriname aan de Republiek was toegewezen, zaten de Engelsen daar nog steeds. Daarom vertrok Crijnsens in februari 1668 voor de tweede maal naar Suriname en viel de kolonie enkele weken later definitief in Zeeuwse handen. Na het verlies van Brazilië in 1654 was de lucratieve suikerhandel onder druk komen staan. Zeeuwse kooplieden zochten naar alternatieven. Direct na de inname van Suriname waren er hoopgevende plannen om van de kolonie een commercieel succes te maken. Maar dat optimisme verdween snel toen bleek dat weinig Zeeuwen bereid waren om zich daar te vestigen. Bovendien vielen de bestuurskosten hoog uit. De Staten van Zeeland zochten naar een op lossing en vonden die in 1683 met de over dracht van de kolonie aan de Sociëteit van Suriname. Dit was een samenwerkingsver band tussen West-Indische Compagnie, de stad Amsterdam en de familie Van Aerssen van Sommelsdijck. Daarmee kwam een eind aan het zestienjarige Zeeuwse bestuur van Suriname. Abraham Crijnsens Over Crijnsens daden zijn we goed geïn formeerd. Over zijn leven is daarentegen weinig bekend. Tot voor kort wisten we bijvoorbeeld niet eens wanneer hij precies was overleden en waar hij begraven werd. Daarover bestaat nu uitsluitsel. Op 25 fe bruari jongstleden presenteerde José de 16 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2011 | | pagina 18