De tocht naar Chatham onder leiding van admiraal Michiel de Ruyter.
(Jan van Leyden, collectie Rijksmuseum)
Vanaf dat moment moest de Republiek
zich, naast het in stand houden van de
overgebleven handel, vooral gaan bezig
houden met het bouwen van oorlogssche
pen. Onder leiding van raadpensionaris
Johan de Witt werd dit voortvarend aange
pakt. Het zal duidelijk zijn dat de middelen
die hiervoor werden vrijgemaakt, niet kon
den worden gebruikt voor het vergroten van
de handelsvloot en het ontdekken en on
derwerpen van nieuwe overzeese gebieden.
Je kunt gerust stellen dat in de jaren vijftig
van de zeventiende eeuw oorlogsvoering op
zee de belangrijkste activiteit werd van de
Republiek. Met wisselend succes: de eer
ste oorlog tegen de Engelsen (1652-1654)
werd verloren, de tweede (1665-1667) ge
wonnen, onder meer dankzij de succesvolle
tocht naar Chatham onder leiding van ad
miraal Michiel de Ruyter. De derde (1672-
1674) kende alleen maar verliezers of - zo
u wilt - winnaars omdat er meerdere landen
aan meededen en niemand echt de eind
overwinning kon claimen. In deze oorlog
werkten de Engelsen nauw samen met de
Fransen, omdat die bereid waren om na de
overwinning het eiland Walcheren en de
hele Scheldemond af te staan. Omdat de
oorlog een onduidelijke afloop had, kwam
hiervan niets terecht, bleef de republiek
zelfstandig en kantelden de internationale
verhoudingen. Frankrijk ontpopte zich als
een agressieve natie die meer op uitbrei
ding van haar territorium uit was dan op
economische samenwerking. Het land werd
daardoor een gemeenschappelijke vijand
van de Republiek én Engeland. Inmiddels
had Engeland de heerschappij over de
wereldzeeën en was gebaat bij een sterke
bondgenoot. Dat was de Republiek nog
steeds, met haar vele koloniën en haar po
sitie als de belangrijkste toegangspoort tot
het Europese achterland.
Familie
Er was nog een reden waarom de twee
wereldmachten naar elkaar toe groei
den. Engeland was in 1674 al weer enige
tijd een koninkrijk. Cromwell was in 1658
gestorven en zijn zoon Richard bleek een
zwakke persoonlijkheid die niet in staat
werd geacht het land te besturen. Het
Engelse parlement kon daarom in 1660
Juli 2011