schoeners de nummers 1 tot en met 16. Het scheepsnummer stond aangegeven op de vlag, de spiegel en op het zeil. Naast het nummer werd de plaats van het district aangegeven en wel voor het 6e Flissingen met een F, afgeleid van het Engelse Flushing. De aanduiding hield mede verband met de concurrentie met het Belgische loodswezen. Soms klopte de nummering op het schip en de zeilen niet, hetgeen op foto's te zien was en tot verwar ring kon leiden. Dit laatste had dan te ma ken met reparatie van de zeilen in de werk plaats aan de Vlissingse Nieuwstraat, thans onderdeel van het maritiem muZEEum. In 1875 nam Vlissingen de eerste loods- schoener in gebruik en de laatste schoener werd in 1929 opgelegd en zo kwam ook voor de Scheldemonding een eind aan het schoenertijdperk. De stoomloodsboot had de schoener geheel verdreven, hoewel de laatste zeilschoeners zoals we zagen nog een motor hadden gekregen. De verkoop van de laatste loodsschoeners In de loop van 1932 lagen er in Vlissingen een tweetal loodsschoeners te koop, name lijk de No 1 en de No 4. De stalen motorschoener No 1 werd op 17 februari 1932 voor een bedrag van 27.000 gulden verkocht naar Portugal. De nieuwe eigenaar, Antonio de Hereida uit Lissabon, liet het schip op de werf Van de Weetering te Rotterdam van twee 50pk mo toren voorzien en als Hereida verliet de voor malige loodsschoener zomer 1932 ons land. De tweede loodsschoener die te koop lag, was zoals we zagen de Loodsschoener No 4, gebouwd bij de werf van P. Smit te Rotterdam in 1921 en in de vaart gekomen ais No 6 voor het 3e district. In 1922 ver huisde de schoener naar het 2e district nog steeds als de No 6, maar ze ging ten slotte naar het Schelde gebied in 1924. Aldaar herdoopte men de schoener in No 4 en het vaartuig bleef in de vaart tot sep tember 1929 om vervolgens als reserve schip achter de hand te worden gehouden. Na een paar jaar besloot men het schip te verkopen. Op 29 maart 1933 kocht de M/Y Samothrace in Straat Dover. (Fotocollectie Cor Heijkoop) Amerikaanse katoenkoning G.H. McFadden uit Villa Nova de voormalige loodsschoener. De koper betaalde 19.000 gulden voor de schoener en liet bij de werf De Schelde een verbouwing uitvoeren ten bedrage van 15.000 gulden. De nieuwe eigenaar had gevoel voor exclu siviteit, want hij kocht een partij eikenhout afkomstig van eeuwenoude grafkisten, die waren opgegraven bij een grafruiming in Veere. Na bewerking in de Timmerfabriek van de werf werd het hout gebruikt in de salon en hutten en dit gaf, zoals u zult begrijpen, een bijzondere uitstraling. Verder zocht McFadden in Vlissingen een bemanning voor zijn schip, hetgeen in de crisisjaren niet al te moeilijk was. Hij trok een kapitein, stuurman, kok en vier matro zen aan die hij vervolgens geheel in pas sende kleding stak. Scheepsbenodigdheden kocht hij ook in de Scheldestad en briefpa pier en ander drukwerk bestelde hij bij de drukkerij De Vey Mestdagh. 14 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2012 | | pagina 16