I
■i
m
dus een familiegraf. Vader Willem Wittesen
heeft zijn volledige naam met patroniem en
al achter de namen van zijn vrouw en zijn
dochter laten zetten. Dit omdat de naam
Willem in die tijd zo vaak voorkwam! Dan
wist men tenminste om wie het ging. Hij
was in elk geval rijk genoeg om voor zijn
vrouw en kinderen een kerkgraf te kunnen
kopen. Wellicht heeft hij er zelf ook wel een
plaatsje gekregen? Dat weten we niet. Bij
de dochter houdt de steen op. Geestelijken
werden vaak bij hun ouders begraven,
of met nog meer familieleden, zoals hier.
We zien dat de spelling nogal afwijkt hier
en daar. Dat was niet ongewoon. Het graf
schrift van Katherina is in een ander hand
schrift ingegraveerd. De laatste lettergreep
van haar naam stond op de volgende re
gel, en ook dit is niet ongewoon. Overigens
houdt de steen hier op, het onderste stuk
ontbreekt. Om de tekst kort te houden we
gens ruimtegebrek maakte men veelvuldig
gebruik van weglatingstekens. Die heb ik
voor de leesbaarheid vervangen door het
hele woord.
Nr. 2.
Voorreformatorische grafzerk met evange-
listenhoeken in vierpassen gevat en een
gotisch randschrift, uitgevoerd in spaar-
techniek (de letters werden in het omlig
gende veld uitgespaard, en liggen er als
het ware bovenop). In het middenveld een
wapen waarin een stuk gereedschap
Zerk in drieën gebroken. Gereconstrueerde
tekst:
"Hier leit begraven Ariaen Hughe sone die
sterf int jaer ons heren MCCCC ende XCJ
op sinte andries dach. Bidt voor de ziele
(30-11-1491)."
De evangelistenhoeken staan in een af
wijkende volgorde: linksboven de ade
laar van Johannes, rechtsboven de engel
van Matthëus, rechtsonder de leeuw van
Marcus en linksonder de stier van Lucas.
Gewoonlijk staat de leeuw linksonder en
de stier rechtsonder. Deze symbolen wor
den in de Bijbel genoemd in Ezechiël 1:10
en in Openbaringen 4:7. Pas in de middel
eeuwse iconografie worden deze figuren in
verband gebracht met de vier evangelis
ten. Ze komen op grafzerken voor vanaf de
eerste helft van de vijftiende eeuw tot de
Reformatie (omstreeks 1572). De gebrui
kelijke afsluitzin 'Bidt voor de ziele' werd
veel gebruikt en komt na de Reformatie
niet meer voor.
Op de zerk is genoeg ruimte overgelaten
voor nog een grafschrift; er is rekening ge
houden met een tweede persoon. De kant
lijn is zelfs niet helemaal afgemaakt. Een
tweede begraving heeft blijkbaar onder
deze zerk niet meer plaats gehad.
Linkerbovenhoek van zerk nr. 2, de adelaar van
Johannes in vierpas.
(Foto Peter Hendrikse)
Rechterbovenhoek van zerk nr. 2, de engel van
Matthëus.
(Foto Peter Hendrikse)
Oktober 2012
15