delen. Dat was althans de bedoeling ge
weest. Maar naar alle waarschijnlijkheid is
dat laatste niet gebeurd, omdat het tweede
jaartal op de zerk onafgemaakt is gebleven.
Dat was niet ongebruikelijk in die tijd, men
bestelde bij overlijden van een familielid
een grafzerk en de namen van de eigena
ren, dood of levend, werden er alvast op
gebeiteld. In dit geval zelfs met afbeelding.
Zuster Betken leefde dus nog toen zuster
Maiken werd begraven. Mogelijk lag de
zerk oorspronkelijk in de Sint Jacobskerk.
Toen in 1572 de Reformatie een feit was,
moest iedereen die katholiek wenste te
blijven, zo snel mogelijk verhuizen naar de
Zuidelijke Nederlanden. Het katholicisme
was een verboden godsdienst geworden.
De zusters Betken en Maiken (Elisabeth en
Maria) waren telgen uit het zeer welgestel
de geslacht Van Ockerhoudt uit Brugge, en
Betken die in 1572 blijkbaar nog leefde, zal
wel teruggekeerd zijn naar haar geboorte
plaats Brugge, waar ze veilig was.
Vorig jaar werd tot mijn verrassing op het
archief toch nog een zeer duidelijke foto
gevonden van deze zerk. Ik kon nu het hele
grafschrift goed ontcijferen, het was niet of
nauwelijks gesleten, en hier volgt de juiste
transcriptie:
"Hier licht begraven zuster Maiken van
Ockerhoudt costerinne die starf den XI ten
in Juwyn XVc LXVIJ. Ende zuster Betken
van Ockerhoudt die starf anno XVc..."
(11-06-1567 en 15..).
Ook hier heb ik voor de leesbaarheid de
weglatingstekens vervangen door het hele
woord.
Zuster Maiken overleed dus niet op 11 ja
nuari 1572, maar op 11 juni 1567. Juwyn
is verbasterd oudfrans voor Juyn, juin
juni. In welgestelde Vlaamse families werd
Frans gesproken. Zuster Betken zal het
grafschrift hebben opgesteld. Onder de
naam van zuster Maiken is duidelijk een
dikke streep gebeiteld, zij was immers de
overledene. De prachtige afbeelding toont
de beide zusters in vol ornaat, met de ro
zenkransen aan hun gordel. Maiken staat
links op de steen, als eerste overledene.
Het bijzonder sierlijke gotische randschrift
is kenmerkend voor het midden van de zes
tiende eeuw. Kortom een meesterstukje uit
de tijd van de Renaissance, waarvan geen
tweede exemplaar hier te lande bekend is.
Priesters werden vaak afgebeeld op graf
zerken, nonnen over het algemeen niet. De
zerk is zelfs opvallend gaaf gebleven, iets
wat we niet vaak zien. De meeste zerken
zijn gebroken of beschadigd; ze zijn heel
breekbaar en moeten met de grootste voor
zichtigheid worden behandeld. Helaas is het
mij niet bekend waar deze unieke zerk, een
belangrijk document voor Vlissingen, zich
nu bevindt. Volgens de laatste berichten
moeten er zich nog grafzerken in een depot
van een van de kelders van het martiem
muZEEum bevinden. Ik hoop dat deze bij
na vergeten zerk nog teruggevonden wordt,
zodat dit bijzonder mooie stuk alsnog ten
toongesteld kan worden bij de nadere ste
nen voorwerpen.
Over de auteur:
Sarina Hendrikse (1954) is gespeciali
seerd in het transcriberen van grafschrif
ten en publiceerde verschillende artikelen
in De Wete en in Den Spiegel.
Oktober 2012
19