- CtS-c.v heer van Vlissingen, Claes van Bourgondië, van de abt in Middelburg jaarlijks 700 gul den zou gaan ontvangen in ruil voor het be noemingsrecht in zijn stad. Onder de druk van bovenaf trokken de kar melieten aan het kortste eind. Dat wil niet zeggen dat de zaak was afgedaan. De on derhandelingen zouden nog ruim twintig jaar duren. Pas in 1505 werd de kwestie definitief geregeld. De overeenkomst, die werd getekend door de prior van het karme lietenklooster Henricus Hexs en de abt van Middelburg Petrus de Capella, inmiddels ook pastoor van Vlissingen, ging inderdaad vooral over geld. Niet de uitvoering van de kerkelijke diensten werd verdeeld, maar de opbrengst ervan. In feite gingen de mon niken een kerkelijke belasting betalen over het geld dat zij verdienden met hun werk. Vlissingen als bedevaartsoord Hoewel er van het gebouw waarin het kar melietenklooster was gevestigd, niets be waard is gebleven, kennen we wel precies de plek waar het heeft gestaan: de Grote Markt, die toen nog niet zo heette, waar over later meer. Op die plek is veel gebeurd de afgelopen 700 jaar. De school die er nu staat werd in 1944 gebouwd op de funda menten van de in de Tweede Wereldoorlog gebombardeerde school uit 1883. Deze was op haar beurt weer gebouwd op de puin hopen van het in 1809 door de Engelsen verwoeste stadhuis van Vlissingen, ooit het mooiste van Zeeland genoemd en in 1594 ontworpen als verkleinde replica van het Antwerpse stadhuis. Daarvoor stond er het karmelietenklooster dat kort na 1572 was afgebroken door de nieuwe protestantse stadsregering. Kijkend naar de school kun je je dus met enige fantasie een voorstelling maken van de ligging van het klooster, dat in 1408' werd gesticht door de karmelieten van Brugge. Er was goedkeuring van Lodewijk de Santon, heer van de stad Vlissingen, Wigerd Gerrardijns, abt in Middelburg en irt I***- i W»P~,U Detail van de kaart van Vlissingen van Cornells Poel uit ca. 1570. Te zien is het karmelietenklooster en, aan de zeewering, het kruisje dat zou duiden op de plaats waar O.L. Vrouw op 't Stokske was neergezet. De tekst op die plek vermeldt onder meer: "...hier plach te staen Onse Vrouwen Staexken". Bron: Gemeentearchief Vlissingen, Historisch topografische atlas, nr. 3293. 1 De meeste literatuur spreekt over het jaar 1410 als officieel oprichtingsjaar. Dit wordt echter nergens met bronnenmateriaal onderbouwd. In een tijdens de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan handschrift (Belgium Elianum sive compendium chronologicum oridinis Carmelitani in Belgio) wordt gesproken over het jaar 1408 als oprichtingsjaar. Oktober 2012 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2012 | | pagina 9