handel veel schade toebrachten en tot verhoogde verzekeringspremies leidden. Tussen 1760 en 1762 bedroegen die op casco 11% van het verzekerde bedrag. Na de Vrede van Parijs in 1763 daalden die weer naar de gebruikelijke 9%. Alle slaven- reizen van de Magdalena Maria waren ver zekerd tot 'de laatste slaaf in America zal zijn verkogt'. Naar Amerika Hoeveel slaven er op de kust van Guinea precies zijn ingekocht, is onduidelijk. Van de meeste slavenreizen zijn alleen gegevens bekend over het aantal in Amerika ver kochte slaven, gemiddeld waren dat er 215. Johannes Postma, de Nederlandse histori cus die baanbrekend onderzoek heeft ver richt naar de omvang van de Nederlandse slavenhandel, heeft deze ontbrekende data berekend door een bepaald gekozen mortaliteitspercentage te hanteren. Deze gegevens zijn later weer gecorrigeerd en opgenomen in www.slavevoyages.org, de database met bijna alle trans-Atlantische slavenreizen. Volgens dit bestand zou het Vlissingse slavenschip gemiddeld zo'n 250 tot slaaf gemaakte Afrikanen vanuit West- Afrika naar Amerika hebben verscheept. Zoals uit tabel 4 valt af te lezen, ging de eerste slavenreis naar Berbice en week deze bestemming af van de latere reizen. Op basis van een bewaard gebleven nota riële akte in het Amsterdamse Stadsarchief weten we waarom. Op 4 juli 1760, toen de Magdalena Maria nog in aanbouw was, sloot de rederij in Amsterdam een contract met 25 'eijgenaars, geintresseerdens, plan ters en commissionarissen van plantages in de Berbices' voor de levering van slaven. Het door de contractanten ingetekende aantal slaven bedroeg 252 Afrikanen tegen een vaste verkoopprijs in Berbice, 300 gul den per slaaf. Het betreffende contract werd gesloten door de Amsterdamse koopman Hendrik de Haan, zaakgelastigde van Jan de Zitter Zonen. In de puntsgewijze over eenkomst staat precies vermeld hoe ge zagvoerder Pieter de Klerk moest handelen. Zo moest hij met een goed armazoen sla ven direct van Guinea naar Berbice zeilen en mocht hij onder geen beding slaven bij aankomst in fort Nassau uit de hand ver kopen. Alle tot slaaf gemaakte Afrikanen werden vervolgens aan een medisch on derzoek onderworpen, waarna zij voor lo ting werden gesorteerd. Daarna volgde de openbare verdeling van de Afrikanen onder de ingetekende contractanten. De reste rende lading slaven, waarvoor Hendrik de Haan tekende, mocht de kapitein daarna voor de rederij verkopen. In tegenstelling tot deze eerste reis werden de jonge, sterke en gezonde Afrikaanse mannen en vrouwen bij de daaropvol gende reizen naar Suriname direct na aankomst onderhands verkocht tegen de beste prijzen. Het restant van het arma zoen werd later publiek geveild. De beta- Tabel 4. Slavenreizen Magdalena Maria,1761-1771 met aantallen slaven en reistijd in dagen thuishaven vertrek kapitein Afrika aantal Amerika aantal dood aankomst reistijd 1ste Vlissingen 08-01-1761 Pieter de Klerk Guinea 303 Berbice 279 24 15-06-1762 525 2de Vlissingen 13-09-1762 Pieter de Klerk Guinea 273 Suriname 236 37 14-02-1764 516 3 de Vlissingen 26-05-1764 Pieter de Klerk Guinea 231 Suriname 200 31 20-09-1765 481 4 de Vlissingen 23-12-1765 Frans Reichert Guinea 243 Suriname 210 33 21-06-1767 545 5 de Vlissingen 23-11-1767 Frans Reichert Guinea 243 Suriname 210 33 03-03-1769 465 6de Vlissingen 04-07-1769 Frans Reichert Guinea 254 Suriname 220 34 11-07-1770 372 7de Vlissingen 19-11-1770 Frans Reichert Guinea 225 Suriname 210 15 26-11-1771 372 Bronnen: Utrechts Archief, De Beaufort 317: Goslinga, The Dutch, Appendix 4; www.slavevoyages.org. 12 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2014 | | pagina 20