In Villa Moesbos in Koudekerke woonde tot
voor kort een directe nazaat van Abraham,
jhr. mr. Rombout van Doorn. Helaas is hij in
maart 2014 overleden.
Berbice en Essequibo nu
Van de plantages aan de Berbice is nage
noeg niets meer te vinden. Ze zijn over
woekerd door de jungle. Op de plek waar
plantage Vlissingen lag, vinden we tegen
woordig een klein indianenreservaat, waar
de oorspronkelijke bewoners kunnen leven
met hun eigen rituelen en gebruiken.
Ook de plantage Moerkerke aan de Esse
quibo is verdwenen, hoewel er op de bijbe
horende begraafplaats nog wel grafstenen
te vinden zijn. Hier liggen Abraham van
Doorn sr., Josina van Sweerd, hun jong
overleden dochter Cornelia en hun schoon
dochter Jacomina Cornelia Lusses.
Op Leguan Island, in de monding van de
Essequibo gelegen en nog geen 20 vier
kante kilometer groot, wonen nu ongeveer
4000 mensen. Het overgrote deel van hen
is van Indiase afkomst en hangt het hindoe
isme aan. De belangrijkste middelen van
bestaan zijn de verbouw van rijst en het
fokken van vee. Pas sinds 1997 is er elek
triciteit aangelegd en in 1999 kwamen er
telefoonverbindingen.
Bij verschillende nederzettingen op het
eiland heeft de Nederlandse invloed zijn
sporen achter gelaten door de naamgeving
uit het verleden. Zo treffen we Amsterdam,
Vrouw Anna, Anna Maria en Cornelia. Ook
Doornhaag bestaat nog steeds, in de vorm
van de naam van een buurtschap en een
door de Nederlanders aangelegde polder.
Hoewel de kerk op het eiland St. Peter's
Anglican Church (1855) heet, wordt deze
toch nog (Old) Dutch Church genoemd. Die
kerk stond kennelijk in de Nederlandse peri
ode op deze plek. In 1992 werden het kerk
gebouw, en als gevolg daarvan ook Leguan
Island, op de kaart gezet in Guyana met een
afbeelding op een nationale postzegel.
Over de auteur:
JACO SIMONS studeerde kerkorgel en pi
ano aan het conservatorium. Naast het do
centschap muziek houdt hij zich bezig met
archiefonderzoek. Hij publiceerde in de
bladen Den Spiegel, Arneklanken, Klaver
Vier, Nehalennia, Saillant en De Wete.
Bronnen en literatuur
- Album promotorum (Universiteit van Utrecht),
(Utrecht 1936).
- P. Bol en H. Dijs, Grafzerk en suikerwerk, namen op
oude grafstenen in Suriname en Brits-Guyana, me
degedeeld door Fred. Oudschans Dentz (z.p. 2006).
G. Dorren, Eenheid en verscheidenheid (Amsterdam
2001).
- C.Ch. Goslinga, The Dutch in the Caribbean and in
the Guianas, 1689-1791 (Assen 1985).
- J.J. Hartsinck, Beschryving van Guiana, of de wilde
kust in Zuid-America (Amsterdam 1770).
- Nederlands Adelsboek, 1982, jrg. 73.
- P.M. Netscher, Geschiedenis van de koloniën Esse-
quebo, Demerary en Berbice (Den Haag 1888).
Ruud Paesie, 'De Societeyt ter Navigatie op Esse-
quebo en annexe Rivieren. Op- en ondergang van
een Zeeuwse rederij', in: Alle streken van het kom
pas: Maritieme geschiedenis in Nederland (Zutphen
2010), p. 295-316.
Tegenwoordige Staat der Nederlanden, dl. XI,
(1739).
Zie: http://countrystudies.us/guyana/5.htm.
Noord-Hollands Archief (NHA), Rechterlijke
Archieven, inv.nr. 76.93.
NHA, Oud Notarieel Archief Haarlem, inv.nr. 445,
fol. 428; Notaris Hendrik Hasewindius.
Nationaal Archief, Sociëteit van Berbice, inv.nr. 272,
372, 439.
Zeeuws Archief (ZA), Zelandia lllustrata I, cat. nrs.
828 en 829; kaarten van Berbice.
ZA, Zelandia lllustrata I, cat.nr. 1624; kaart van
Essequibo (1749).
ZA, Familie Van Doorn, inv.nr. 1.
ZA, Families Spoors en Sprenger, inv.nr. 77; brieven
van Hermanus Boter te Middelburg.
ZA, Familie Van Doorn, inv.nr. 3 en 5.
Gemeentearchief Vlissingen, Familiearchief Van der
Swalme, inv.nr. 5676
Stadsarchief Amsterdam (SA), Notaris Philippe de
Marolles, inv.nr. 7965.
Een gedetailleerde annotatie is te vinden op de
website van de auteur: www.lacoda.nl, sec
tie Historische Artikelen, Annotatiedocument
Abraham van Doorn en de West.
Juli 2014
23