ger naar station Vlissingen-Stad, maar werd vanaf Oost-Souburg naar Vlissingen-Haven geleid en gelijk dubbelsporig gemaakt (in de periode 1885-1888 was de gehele Zeeuwse lijn al van een tweede spoor voorzien). Bijna twee maanden eerder, op 18 juli 1894 was station Vlissingen-Stad officieel gesloten voor reizigers- en goederenvervoer. De oude hoofdlijn vanaf Oost-Souburg werd nu op gebroken, het bij Vlissingen-Stad behorende locomotievendepot en de werkplaats wer den met een spoor vanaf het emplacement van station Vlissingen-Haven bereikbaar. Ter compensatie voor het feit dat er nu na sluiting van station Vlissingen-Stad geen station meer dicht bij de binnenstad lag, werd een bootverbinding ingesteld voor rei zigers vanaf het havenstation naar het cen trum en omgekeerd. De Koninklijke Wachtkamer werd veel gebruikt door koningen, keizers, tsaren, grootvorsten, prinsen en prinsessen die richting Engeland op weg waren of daar vandaan kwamen. Het waren zowel onze eigen koning Willem III als later Koningin Wilhelmina die vaak via Vlissingen reisden maar ook veel buitenlandse gezelschap pen gingen regelmatig via de Zeeuwse lijn. Enkele voorbeelden zijn: tsaar Nicolaas (op 28 juni 1893 en in 1911), keizer Wilhelm II (in 1901), Theodore Roosevelt, Prins Hendrik der Nederlanden, koning Willem III, koning George V, de koninklijke echt paren uit Noorwegen en Denemarken. Meestal reisde een koninklijk gezelschap Luchtfoto van omstreeks 1920 van het tweede havenstation en de om geving. Tegenover het station het kantoor van de SMZ. Op de ach tergrond is de Buitenhaven te zien, met aan de overzijde daarvan het rangeerterrein. Gemeentearchief Vlissingen met een speciale trein, op Nederlands grondgebied getrokken door een van de allerbeste stoomlocomotieven van de SS en de NBDS. De lengte van zo'n trein kon variëren van zeven tot elf rijtuigen, afhan kelijk van de grootte van het gezelschap. Wanneer een gezelschap per trein of boot aankwam in Vlissingen, werd dit verwel komd door de Commissaris van de Koning in Zeeland, de burgemeester en wethou ders van Vlissingen, de directie van de Staatsspoorwegen en van de SMZ, die de hoogwaardigheidsbekleders naar respectie velijk de boot of trein begeleidden. Vlissingen industriestad De vestiging van bedrijven langs de Zeeuwse lijn viel in de praktijk fors tegen. Uitzonderingen vormden Bergen op Zoom en Vlissingen. In laatstgenoemde stad werd kort na de opening van de Zeeuwse lijn de Maatschappij De Schelde opgericht. De scheepswerf vestigde zich op de voor malige marinewerf. Al gelijktijdig met de aanleg van de spoorlijn, was een spoorver binding naar dit terrein aangelegd. In 1881 werd een contract gesloten tussen de SS en de Maatschappij De Schelde. Laatst genoemde was voornemens om 'goede ren per Staatsspoorweg aangevoerd, bijv. steenkolen, cokes of ijzer' naar de scheeps werf te laten brengen en tevens materialen naar de grote laad- en loskraan in één van de Binnenhavens voor transport per schip. 24 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2015 | | pagina 26