te gaan invoeren, bewerken en verkopen.
Middelburg deed dat wel en wist in dezelf
de periode een brede en gedifferentieerde
economie op te bouwen rond onder an
dere de laken-, wijn-, zout- en wolhandel.
Het tekende de economische dadendrang
van de Middelburgers dat ze daarnaast ook
nog probeerden om de rechten op de ha-
ringhandel in handen te krijgen. Hoewel
dat niet lukte, wisten ze in de anderhalve
eeuw die volgde, de basis te leggen voor
de vooraanstaande positie die de stad na
1574 zou verwerven: de op een na belang
rijkste stad van de Nederlanden. Vlissingen
groeide ook, maar veel minder hard. In de
zestiende eeuw, tot 1572, was Middelburg
zo invloedrijk dat het iedere uitbreiding van
de Vlissingse havens kon tegenhouden.
1581
In de periode 1572 - 1625 mocht Vlissingen
zich koesteren in de warme sympathie van
de Oranjes. Vlissingen was de eerste stad
die zich in april 1572 op eigen kracht wist
te bevrijden van de Spanjaarden en trouw
zwoer aan Willem van Oranje. Die opstel
ling werd door de prins en zijn opvolgers
zeer gewaardeerd en beloond met privi
leges en investeringen. Willem kocht om
deze reden, en omdat hij hiermee ook een
stem kreeg in de Staten van Zeeland, in
1581 voor 24.500 gulden het markizaat
van Vlissingen en Veere. Zowel Willem als
zijn zoon Maurits lieten grote nieuwe ha
vens aanleggen. Het waren de eerste ha
venwerken sinds 1443. Het aantal kades
werd meer dan verdubbeld. Toch brachten
ook deze investeringen niet de welvaart die
de Vlissingers, maar ook de prinsen er van
hadden verwacht. Natuurlijk, Vlissingen
deelde in de zeventiende eeuw, net als de
meeste andere steden, mee in de groei die
de Republiek als wereldmacht doormaak
te. De nationale en internationale handel
koos echter meestal niet voor Vlissingen.
Zo werd het Europese hoofdkantoor van
de toen toonaangevende Engelse Merchant
Adventurers in Middelburg gevestigd. En
gelse bronnen wijzen op de twijfelachtige
status van Vlissingen als vrijbuiters-, ka-
pers- en smokkelaarsstad. Die reputatie
was al vroeg in de veertiende eeuw geves
tigd door de Vlissingse schippers zelf, die
het voor elkaar kregen om goederen uit
Engeland niet naar de afgesproken plaats
van bestemming te varen maar naar een
andere haven, waar ze illegaal konden wor
den doorverkocht.
Vlissingen in 1596.
(Bron: Kopergravure
'Flissinga munitissimu
Zelandiae oppidum,
tutissimum Nautarum et
Nauclerorum domicilium'
uit G. Braun en
F. Hogenberg,
Civitates Orbis Terrarum,
Keulen 1572-1588)
Juli 2015
17