Herstelwerkzaamheden in 1944 aan de sluizen en de Binnenhaven van Vlissingen. (Beeldcollectie Gemeentearchief Vlissingen; Foto Dert) derniseringen, de haven kon profiteren van stakingen in Antwerpen en wist zich te pro fileren bij potentiële nieuwe klanten. Het aantal tonnen goederen dat werd overge slagen verzesvoudigde in een paar jaar en niets leek een verdere groei meer in de weg te staan. De Tweede Wereldoorlog gooide echter roet in het eten. In 1944 was er van het havencomplex niet veel meer over en kon Vlissingen opnieuw beginnen. Voor de zoveelste keer. 1964 Tussen 1961 en 1964 werd een grote nieu we haven gebouwd in het Sloegebied ten oosten van Vlissingen. Scheepswerf De Schelde zocht naar mogelijkheden om een reparatiewerf aan diep vaarwater te bou wen en de provincie Zeeland had de wens om een haven- en industriegebied aan te leggen zonder dat daarvoor landbouwgrond opgeofferd moest worden. Sinds de waters noodramp van 1953 bestonden al plannen om de Sloedam te verbreden en het hele zuidelijke Sloe in te polderen. Het nieuwe gebied groeide in de jaren zestig en zeven tig uit tot een industrie- en havencomplex van bijna 800 hectare, maar zou Vlissingen nooit een concurrerende positie verschaf fen ten opzichte van Rotterdam, Antwerpen en Gent. De industrie kreeg de overhand en de havens dienden voor een belangrijk deel als ondersteuning voor de bedrijven. Deze kregen echter, direct vanaf de begin jaren, veel kritiek vanuit de steeds belang rijker wordende milieubeweging. Dit werd nog versterkt door de komst in 1973 van een kerncentrale aan de oostkant van het gebied. De centrale moest voldoen aan de vraag naar energie van de nieuwe industrie- en die er wel kwamen, maar veel minder dan de aantallen waarmee was gerekend. Er zijn inmiddels weer veel bedrijven ver dwenen. De eerste tien jaar van de eenen twintigste eeuw kwam er een discussie op gang over de vestiging van een container- terminal. Het was vooral de milieubeweging die hierop tegen was. Een dergelijke haven zou ten koste gaan van het landschap en nauwelijks werkgelegenheid opleveren. Het is echter niet uit te sluiten dat er ook krach ten waren vanuit Antwerpen en Rotterdam die de ontwikkeling van het project tegen hielden. Oorzaken In de hierboven genoemde jaren was er steeds sprake van het patroon zoals we dat eerder vaststelden: een investering, een korte periode van groei en voorspoed en tenslotte een terugval. Als we gaan zoeken naar de oorzaken die de motor vormden van dit patroon wordt het ingewikkelder. Iedere periode kende zijn eigen specifieke omstandigheden die van invloed waren op de gebeurtenissen zoals hiervoor geschetst. Juli 2015 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2015 | | pagina 23