Het Russische onderzeebootbergingsschip Kommuna voor Vlissingen, 1950.
(Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen; St. Behoud Scheldecollecties)
Onderhandelingen
De reparatieopdracht was natuurlijk niet
zo maar uit de lucht komen vallen. In 1948
werd tussen Nederland en Rusland een
handels- en betalingsovereenkomst geslo
ten waarin was overeengekomen dat Ne
derland onder andere schepen zou leveren
en repareren.
De KMS kon wel een opdracht gebruiken
en in maart 1949 sprak directeur Arie Smit
met de Russische Handelsvertegenwoor
diging in Amsterdam over de Kommuna.
Enkele dagen later stuurden de Russen
tekeningen naar de KMS voor een offerte
met de voorwaarde dat de werkzaamheden
binnen zes maanden moesten worden ge
klaard.
In april ging directeur Hupkes naar Moskou
voor verdere onderhandelingen. Hij werd
ondersteund door het Ministerie van Bui
tenlandse Zaken dat de ambassadeur in
Moskou verzocht hem met raad en daad ter
zijde te staan en zo nodig hulp en bijstand
te verschaffen.
Het kwam echter nog niet tot een overeen
komst, bij Sulzer in Zwitserland moesten
Oktober 2015
motoren besteld worden en de prijsopgaaf
moest worden afgewacht.
Einde mei kon aan de Russen worden mee
gedeeld dat Sulzer de benodigde motoren
tegen een acceptabele prijs kon leveren.
Ook verzocht de KMS Machinoimport in
Moskou de Handelsvertegenwoordiging in
Amsterdam te machtigen verdere details te
regelen.
In verband met dokcapaciteit werd aan
gedrongen op een snelle beslissing. De
Handelsvertegenwoordiging reageerde met
een uitnodiging om in Amsterdam te ko
men praten.
Een maand later ging een offerte naar
het Ministerie van Buitenlandse Handel
in Moskou. De werkzaamheden kon
den worden uitgevoerd voor de prijs van
3.500.000, daar kwam nog een bedrag
bij van SFrs 1.200.000 voor de Sulzer-
motoren, alles in termijnen te voldoen.
Als de Kommuna in mei 1950 in Vlissingen
zou arriveren kon zij op 1 juli 1951 opgele
verd worden.
Moskou reageerde snel maar vond het
gevraagde bedrag te hoog, de Handels
vertegenwoordiging werd gemachtigd
11