ter in de geschiedenis van de Nieuwe Wereld
synoniem werden, maar aanvankelijk een
andere betekenis hadden.46 Het woord pe-
chelingue heeft de filologen heel wat hoofd
brekens gekost. Het kwam niet voor in de
eerste woordenboeken die in de Spaanse
taal verschenen en zelfs de literaire redac
teur D. Juan Eugenio Hartzenbusch noem
de het al in 1866, zonder er de vinger op te
kunnen leggen. Sindsdien is er veel bekend
geworden over het woord. Engel Sluiter, die
er in 1944 een artikel over schreef, telde
voor die tijd al zeven artikelen die erover
waren verschenen.47 Het woord pechelingue
komt in 25 verschillende vormen voor. Het
woord is tevens bekend in het Portugees.
Hartzenbusch kwam het woord pechelin-
guei en pichelingue al tegen in toneelspelen
van Fray Gabriel Téllez (Tirso de Molina) uit
1627 en 1636, waarin het woord als piraat
of heiden werd gebruikt. Hartzenbusch ging
er echter vanuit dat de term een verbaste
ring was van 'speech English',48 waarin hij
zich dus vergiste.
Hoewel het woord pechelingue volop in de
spreektaal werd gebruikt bleef het voorals
nog niet geaccepteerd in Spaanse woor
denboeken zoals dat van John Minsheu, A
dictionarie in Spanish and English (London,
1599) noch in Sebastian de Covarrubias
Orozcos', Tesoro de la lengva castellana,
o espanola (Madrid, 1611) noch in de edi
tie van 1674 van dit werk. Het komt echter
wel voor in Caesar Oudin en Antonio Oudin
Tesoro de las dos lenguas espanola y fran-
Gabriel Téllez (1579-1648), beter bekend
onder zijn pseudoniem Tirso de Molina, was
een toneelschrijver en dichter die als een der
eersten het woord pechelingues gebruikte.
Juan Eugenio Hartzenbusch Martinez
(6 September 1806 - 2 August 1880), lid van
de Real Academia Espanola en directeur van
de Nationale Bibliotheek van Spanje - Grabado
del siglo XIX de la Biblioteca Nacional de
Espana.
cesa (Brussel, 1660) onder Flessingue als
Stad in Zeeland, Flessingue of Pecilingas.49
Dat is eenvoudig verklaarbaar, want in
Latijnse atlassen van de vroege zestiende
eeuw of eerder wordt de stad Flissinga ge
noemd.50 Toch komt het woord pechelingue
voor in meerdere Spaanse woordenboeken,
maar dan met een andere betekenis. In het
Nuevo diccionario de la lengua castellana
que comprende la ültima edición del de la
Academia Espanola (Parijs 1876) is een pi-
chilingue een meeloper of jaknikker (Cuba),
een soort wilde eend (Mexico) en het zelf
standig naamwoord pichil heeft de betekenis
van kan of vat. In Portugese woordenboeken
duikt het woord pechelingue ook regelmatig
op. In DomingoVieiras' Grande diccionario
portuguez ou tesouro da lingua portugueza
wordt als synoniem voor Pechelingue ge
bruikt: Termo corrupto de Flessingue, porto
da Flollanda. Corsario, pirata, ladrao. Kortom
een term die wordt gebruikt voor de 'ver
dorven' Nederlandse havenstad Vlissingen,
kapers, piraten en dieven. Pechilingues als
12
Den Spiegel