nonschoten vanaf de stadswallen de voor anker liggende schepen met Spaanse troe pen. Op 7 april arriveerde kapitein Hernan- do Pacheco, die in opdracht van Alva uit Antwerpen vertrokken was om zich op de hoogte te stellen van de situatie op Wal cheren. Hij had de instructie bij zich om de inners van de gehate tiende penning (die daarmee nog geen aanvang hadden geno men) op te pakken en te onthoofden en met de inning te starten. Afgaand op geruchten dat het schip vol zat met soldaten was een woedende Vlissingse menigte naar het schip gegaan en had het geënterd. Pacheco werd opgepakt en samen met twee gezanten van Alva gevangen gezet. Deze twee werden op 8 mei, uit woede over een Spaanse aanval op geuzen in Middelburg, met gloeiende tangen gepijnigd en opgehangen. Toen Spaanse troepen vervolgens huishielden in Arnemuiden, wachtte Hernando Pacheco op 9 mei hetzelfde lot.3 De Vlissingers waren de eerste Nederl an ders die zichzelf bevrijd hadden. Na diverse zeeslagen en veroveringen en heroveringen was Zeeland beoosten Schelde na 1576 de finitief in handen van de opstandelingen.4 Vlissingen als kaperstad Doordat de Vlissingers nu tot de opstande lingen behoorden werden zij uiteraard de Plattegrond van Vlissingen, circa 1572. Gravure uit Guicciardini, Descrittione (1581). Collectie Gemeentearchief Vlissingen. vijand van de Spaanse scheepvaart, dus ook de vissersvloot, die voorheen nog door de geuzen werd aangevallen. Het gevaar voor de vissersvloot maakte dat de kaap vaart een interessant alternatief werd; die houding hing samen met de rond 1600 snel veranderende bevolkingssamenstelling van de stad. Was deze in de 16de eeuw nog overwegend katholiek, nu overheersten de protestanten. Hoe gevoelig het verlies van Zeeland voor de Spanjaarden is geweest blijkt uit de vlootuitrusting die in de daar opvolgende jaren tegen de Spanjaarden werd ingezet. Tussen 1574 en 1577 werden niet minder dan 65 oorlogsschepen en 46 kaperschepen ingezet om de Westerschelde en daarmee de haven van Antwerpen voor de Spanjaarden te blokkeren en hen af breuk te doen tot ver buiten deze wate- ren.5 In de periode van 11 april 1575 tot en met 14 februari 1577 werden niet min der dan 258 schepen prijsgemaakt door de Zeeuwse kaper- en blokkadeschepen.6 Een nieuwe bloeitijd voor de kaapvaart volgde in de periode 1621-1635 toen Engeland en de Republiek het verdrag van Southampton tekenden en de Zeeuwse kapers van de Engelse havens gebruik konden maken om de Spanjaarden (in de golf van Biskaje) afbreuk te doen.7 Werd eerst de Spaanse scheepvaart in het Kanaal geterroriseerd, dat breidde zich al snel uit naar de Iberische 4 Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2016 | | pagina 6