De beerput als goudmijn Leida Goldschmitz Beerputten zijn voor archeologen soms een ware goudmijn, niet omdat er letterlijk goud in gevonden wordt, maar omdat de inhoud veel kan vertellen over het huishouden van de opeenvolgende bewoners van het pand in de tijd dat de put gebruikt werd. Zo bleek in 2008 de intacte beerput van een pand aan de westzijde van het Droog dok in Vlissingen voor de archeologen een wetenschappelijke goudmijn te zijn, die zowel kwalitatief als kwantitatief de rijk ste vondstcontext (bijna de helft van alle vondsten uit het Scheldekwartier) ople verde. Uit het Register van Huiseigenaren 1610-1810 bleek later dat het pand on der andere eigendom geweest was van de schatrijke reder Cornelis Lampsins, die in 1641 het imposante patriciërshuis mèt uit kijktoren op de Nieuwendijk liet bouwen. Goud of zilver vinden we echter zelden in beerputten, maar vaker gewoon in het veld. En een heel enkele keer is dan (bijna) alles goud wat er blinkt. In januari jl. werd er in de PZC en de huis- aan-huisbladen weer even aandacht be steed aan de destijds geruchtmakende goudschat van Serooskerke. 50 Jaar geleden, op 3 januari 1966, werd daar in een preiveldje een heuse goudschat gevonden. De meer dan elfhonderd gou den munten, die vermoedelijk kort na 1622 in de grond waren verborgen, bleken zo'n 650.000 gulden waard te zijn. De vinders, de pachter en zijn knecht, waren binnen de kortst mogelijke tijd BN'ers, en het dorp werd overspoeld met media-aandacht, van het Polygoonjournaal tot Mies Bouwman toe... Tot en met 5 maart van dit jaar was in Het Oude Brandspuithuis aan de Torenstraat een 'jubileumexpositie' te zien over de vondst die het dorp wekenlang volkomen op z'n kop zette. Heel wat minder commotie veroorzaakte de vondst van een gouden munt in een beer put aan de Nieuwendijk, al zal de vinder zeker een vreugdesprong hebben gemaakt. Op 31 augustus en 18 september 2000 wer den op het terrein achter het Lampsinshuis twee beerputten gevonden en onderzocht. Het terrein werd afgegraven voor de bouw van het toekomstige Maritiem MuZEEum. Het toenmalige Stedelijk Museum voldeed niet meer aan de eisen van de tijd en zat te krap in zijn jas. Het Lampsinshuis werd de basis van het nieuwe museumcomplex. Ten behoeve van de uitbreiding werd het aangrenzende pand uit 1912 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw. Onderzoek in een grote gemetselde beerput bij het Lampsinshuis, 1999. (Foto: Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland) April 2016 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2016 | | pagina 11