Overzichtskaart van Fort Rammekens, 1813. Dit fort werd evenals het Keizersbolwerk voorzien van
kazematten. (Historisch Topografische Atlas Gemeentearchief Vlissingen)
1200 liter wijn
Eén compagnie neemt op 16 mei 1814
de wacht op het Fort St. Hilaire. Een tien
tal van hen breekt diezelfde nacht al twee
magazijnen met levensmiddelen open en
verbergt de goederen op een nabijgelegen
hofstede. Toevallig ontdekt de magazijn
meester Mortier de volgende dag al deze
brutale roof. Als hij hoort van een actief
transport vlakbij, waarschuwt hij direct een
officier en gaat op onderzoek uit. Tussen
Grote en Kleine Abeele onderschept hij
hoogstpersoonlijk een kar waarop twee oks
hoofden10 rode wijn, zes balen rijst, drie ba
len witte erwten en een kist kaarsen. Van de
twee mannen op de kar rent er één zo snel
als hij kan weg. De vrachtrijder verklaart
wel waar hij de goederen heeft opgehaald
en in wiens opdracht. Alles wijst op roof en
de schuldigen worden opgepakt; maar op
de kar ligt slechts een deel. Wat blijkt: de
schuldigen hebben al het nodige zelf genut
tigd en verdeeld. Eén van de hoofdschuldi
gen, korporaal Charles l'Evecq, presteert
het zelfs zijn kompanen van het garnizoen
in Fort Rammekens uit te nodigen om te
komen drinken. Of daarmee de resterende
1200 liter vermiste wijn is verklaard blijft
de vraag, maar de mannen werden be
hoorlijk beneveld opgepakt. De Krijgsraad
zal korporaal l'Evecq uiteindelijk veroorde
len wegens verregaande onachtzaamheid,
plichtsverzuim en dronkenschap tijdens
de wacht. Zijn straf wordt bepaald op een
afstraffing van vijftig slagen met een rietje
tegenover de eigen compagnie. Daarna zal
hij 'als schelm' worden weggejaagd en on
bekwaam verklaard om het land ooit nog
als militair te kunnen dienen.
De kapitein en zijn ankers
Dat het garnizoen van Fort Rammekens de
moraal niet bijster hoog heeft en de wacht
daar verzaakt om een fort verder wijn te
gaan drinken, kan ze bijna niet kwalijk wor
den genomen. De eigen commandant, ka
pitein Jean-Baptiste Tackoen11 wordt korte
tijd later ook in het Provoosthuis, de militaire
gevangenis in Middelburg, opgesloten.
Tijdens de Franse ontruiming heeft hij or
ders gekregen met zijn eigen compagnie
jagers naar Fort Rammekens te gaan en
daar het commando over te nemen. Daar
aangekomen is het fort al verlaten, er res
teert nog slechts één Franse kapitein die
hem de sleutels geeft en daarna zelf vertrekt.
Tackoen heeft echter verzaakt om met de
ze officier een inventarisatie te maken van
hetgeen achtergelaten is, maar hij doet het
zelf later ook niet. In de magazijnen van Fort
Den Spiegel
7
8