kazemat, zodat u zich 's avonds toch veilig
kunt vermaken met een potje kaarten).
Van Bonaparte naar Bourbon
In april 1814 is het overgrote deel van het
nieuwe Nederland druk in de weer om zich
zelf bestuurlijk bijeen te rapen, maar de
Engelse vloot ligt nog altijd in de Zeeuwse
wateren en de Fransen zitten nog altijd op
Walcheren. Hoewel deze gaan vermoeden
dat er iets gaande is als de vloot alle mas
ten heeft volgehangen met vlaggen, maar
ze kunnen niet bevroeden dat op 30 maart
1814 de geallieerde legers Parijs zijn bin
nengetrokken, noch dat twee dagen later
Napoleon wordt onttroond en al helemaal
niet dat nog eens vier dagen later het bewind
over Frankrijk in handen komt van Louis
XVIII. De Engelsen zijn wel zo vriendelijk
om op die dag, 6 april, de masten weer vol
te hangen met vlaggen en haar kanonnen
in feestvreugde af te vuren. Op een dijk in
Kamperland wordt een zeildoek gespannen
waarop de weinig subtiele tekst: 'Bonaparte,
n'existe plus' staat te lezen. Het geïsoleerde
Walcheren dat het qua nieuws moet doen
met gesmokkelde kranten, hoort nu voor
het eerst duidelijk wat er gebeurd is. Geen
oorlog met bombardementen, het doorste
ken van dijken, allerhande grootse misère en
meer van dat. Nee, het is vrede. Het is over.
Plattegrond van Vlissingen, circa 1813; pen,
ingekleurd. (Historisch Topografische Atlas
Gemeentearchief Vlissingen)
Hoewel, niet helemaal. Generaal Gilly, die
zich nu loyaal verklaart aan zijn nieuwe
vorst, is van mening dat Walcheren nu niet
ineens minder Frans is. Het meest duide
lijke voorbeeld hiervan is dat hij op zeker
moment orders geeft tot het lossen van ka
nonschoten en wel ter ere van de terugkeer
van de koning in het vaderland. Let wel: de
aankomst van Louis in Calais, niet Willem
in Scheveningen, die zat al lang en breed in
Den Haag. De Walcherse bevolking zal de
schouders hebben opgehaald.
Gilly wacht rustig zijn orders af, maar geeft
wel zijn manschappen te verstaan extra
waakzaam te zijn op ongeregeldheden; of
die nu komen van vreemde troepen (zowel
de Engelsen als Hollanders) of van de lo
kale bevolking. Scheepvaart van buitenaf
wordt mondjesmaat toegelaten, maar dit
duurt slechts kort omdat in Middelburg een
Franse douanier publiekelijk gedwongen
wordt een stuk oranje lint op te eten.
Het duurt nog tot 30 april voordat een ge
machtigde van het nieuwe Franse gouver
nement arriveert met het bevel tot ontrui
ming en overgave van het volledige eiland
Walcheren. Terwijl dit in gang wordt gezet
onderhandelen de hoge heren drie dagen en
nachten over de voorwaarden van de over
dracht. Rond de zeveneneenhalf duizend
manschappen worden in Vlissingen inge
scheept en overgezet naar Breskens, waarna
zij door Vlaanderen naar Frankrijk zullen af
marcheren. De grootste moeilijkheid is dat er
zeer weinig particuliere vaartuigen beschik
baar zijn en de Fransen gebruiken liever
niet hun eigen vloot. Dat wordt geprobeerd,
maar vervolgens ziet men bij het afmeren
in Breskens matrozen massaal overboord
springen en deserteren; met het gevolg dat
de schepen zonder bemanning blijven rond
dobberen. Het is uiteindelijk toch gelukt. Een
prestatie van jewelste: de hele operatie van
ontruiming is in zes dagen volbracht.
Een roerige nacht in mei 1814
Maar rustig verloopt het allerminst. Er is al
gehele, grenzeloze verwarring en wanorde.
Den Spiegel
6