'Slave ola' Slavenadministraties orider VOC-bestuur Ruud Paesie Bij slavenhandel en slavernij denk je niet gelijk aan de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC). Dat roept eerder associaties op met de trans-Atlantische slavenhandel van de West-Indische (WIC) en de Middelburgse Commercie Compagnie, plantages in Suriname en andere Nederlandse kolonies in het Caribische gebied. Niets blijkt minder waar te zijn. Recente ontsluitingen van VOC-archieven in Azië en voorlopige onderzoeksresultaten schetsen de contouren van een omvangrijk en wijdvertakt slavernijsysteem in Azië, waarbij niet zozeer de Compagnie, maar vooral haar personeel betrokken was. Bijzondere documenten Als historicus en verzamelaar van do cumenten die gerelateerd zijn aan het Nederlandse koloniale verleden, loop ik geregeld een antiquariaat binnen. Zo'n tien jaar geleden bood een gerenommeerd Nederlands antiquariaat mij een zestal handschriften aan van de VOC, met betrek king tot de slavernij op de Malabarkust van India. De zes documenten zijn alle geda teerd in de periode 1785-1794 te Cochin, de hoofdvestiging van de VOC op de ge noemde Malabarkust. Bovendien zijn ze ge nummerd en van VOC-stempels voorzien. Vier met een VOC-C(ochin) stempelafdruk van 12 stuivers en twee met die van 6 stui vers. Aanvankelijk kon ik de stukken moeilijk duiden en ook onderzoek in Nederlandse VOC-archieven bracht me niet veel verder. Wel begreep ik dat het om officiële docu menten handelde, voorzien van handteke ningen van hooggeplaatst compagnieper- soneel, die grote gelijkenis vertonen met notariële eigendomsakten. In dit geval van slaven, waarin de genoemde fiscaal van het gouvernement verklaart dat de betreffende lijfeigen een 'weezentlijke slaaf' is en dat de 'possessie van den komparant wettig en naar behoren is'. Ook de namen en leef tijden van de veelal jonge slaven, alsmede de kasten, waartoe zij behoorden, worden in de VOC-akten vermeld. Meer inzicht in de documenten kreeg ik na de verschijning van een boekje, getiteld: Kleurrijke TragiekDe geschiedenis van sla vernij in Azië onder de VOC van Matthias van Rossum.1 Van Rossum, historicus en senior researcher bij het Internationaal In stituut voor Sociale Geschiedenis te Am sterdam, ontving in 2015 een beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschap pelijk Onderzoek (NWO) en onderzoekt nu samen met drie studentassistenten de VOC-archieven in verschillende Aziatische landen. Een belangrijk archief in India waar zij zich op richten is dat van de staat Tamil Nadu te Chennai, de vroegere hoofdstad Madras van de Coromandelkust. Dit staats archief beheert de bewaard gebleven admi nistraties van de VOC-factorijen in Malabar, Coromandel, Suratte en Bengalen. Jammer genoeg zijn deze zeer onvolledig en verke ren zij veelal in slechte staat. Maar er is ook goed nieuws te melden. Een paar jaar gele den zijn deze archieven door medewerkers van het Nationaal Archief te Den Haag ge scand, geïnventariseerd en daarna digitaal toegankelijk gemaakt.2 Deze digitale ontsluiting bood perspectief voor nader onderzoek. In de categorie: 'Certificaten, transporten en andere stuk ken betreffende slaven, 1753-1801', vond ik waarnaar ik op zoek was. Tussen 1 ja nuari 1785 en eind december 1794 trof ik weliswaar vele honderden akten met door lopende nummering aan, maar dit serieel bronnenmateriaal bleek helaas verre van Juli 2017

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2017 | | pagina 13