verdedigingswerken. Dat waren fort de
Nolle, fort de Ruiter en de kroonwerken
Linker Kroonwerk, Midden Kroonwerk en
het Recht er Kroonwerk. Van het Linker
Kroonwerk is thans nog de gracht aanwe
zig. Die ligt rond de woonwijk Het Fort aan
de President Rooseveltlaan. Het Midden
Kroonwerk was waar vroeger het vliegveld
gelegen heeft, en waar thans de wijk Wes-
terzicht ligt.
Het Rechter Kroonwerk lag op het eind van
de Buitenhaven, aan de Visodeweg te Oost
Souburg.
Ze leken veel op de burchten van vroe
ger, zoals thans nog gedeeltelijk in Oost
Souburg te zien is. Ze hadden ook een aar
den wal met een gracht er omheen, in de
vorm van een vierkant of een vijfhoek. In
het midden van het fort stond meestal een
houten of stenen toren, van waar men een
goed zicht had om op de vijand te schie
ten en ook enigszins gedekt stond voor
vijandelijk vuur. En op het binnenterrein
stond een barak voor de soldaten en wat
gebouwtjes voor het materiaal et cetera. Er
was ook ruimte genoeg om nog een batte
rij geschut te plaatsen, zodat het een goed
te verdedigen vesting was. Vlissingen had
toentertijd maar liefst zes kazernes waar
wel enkele duizenden militairen in onder
gebracht konden worden. De grootste, ka-
zerne Cavalier, bij de Bomvrije toren kon
maar liefst 600 man herbergen en in nood
gevallen konden er wel 900 man in gepropt
worden. Vlissingen was toen nog een echte
garnizoensstad met zelfs nog een marine
haven en dito werf, de latere KMS werf.
Staat van Oorlog
Kort nadat de onlusten begonnen waren,
werden op het eind van oktober 1830 de
vestingsteden die dicht bij de voormalige
grens gelegen waren in Staat van Oorlog
verklaard. Dat waren Maastricht, Den
Bosch, Breda, Bergen op Zoom en natuur
lijk ook Vlissingen. Dat hield onder andere
in dat er van hogerhand, in dit geval het
Ministerie van Oorlog, onderzoek gedaan
werd naar de toestand waarin de vestigin
gen zich bevonden. Wat Vlissingen betreft
viel dat gelukkig nogal mee. Volgens een
uitgebreid rapport van de instantie bevond
de vesting zich nog in een goede staat.
Er bleek nog wel wat achterstallig onder
houd te zijn. Met name het wegdek van 'de
lange steenen brug buiten de Rammekens-
poort' was zo slecht dat zware wagens of
kanonnen er in weg zouden kunnen zakken
en in de gracht vallen.
Dat ingeval niet spoedig in derselver herstel
voorzien wordt, door het wegzinken der
De brug voor de
Rammekenspoort, circa 1750;
kopergravure. (Historisch
Topografische Atlas
Gemeentearchief Vlissingen)
16
Den Spiegel
