Begrafenis van W. Vader, commandant van Loodsboot no. 14. Eén der slachtoffers van een aanva
ring met een zeemijn in februari 1918. Abraham Hans schreef een verslag van deze begrafenis in
de Vlissingsche Courant, 1918; foto J. Prins. (Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen)
bereik van de krachten, die zijn geestespro
duct aan het publiek zullen voortzetten. De
toneelen laten een diepe indruk achter en
houdt de aandacht der toehoorders voort
durend in aangename spanning. Abraham
Hans besluit zich breed in te zetten voor
de hulp aan zijn onfortuinlijke landgeno
ten. Hij start een succesvolle geldinzame
ling en voor de Belgische Vakvereniging
in Vlissingen geeft hij kosteloos les in de
Engelse taal. De opbrengst van deze cursus
bestemt hij voor de Belgische krijgsgevan
genen in Duitsland.
Vlissingsche Courant
Maar Hans' naam verschijnt vanaf die tijd
niet alleen in de krant wanneer hij een le
zing geeft, een liefdadigheidsfeest organi
seert of weer een toneelstuk heeft geschre
ven. Zijn naam wordt nu ook gevestigd als
journalist voor de Vlissingsche Courant.
Dit gebeurt voor de eerste keer op 27 juli
1916. Van zijn hand verschijnt er een ver-
slag in de krant van de begrafenis van
Willem Adrianus van Orsouw, een 16-jarige
schepeling van het stoomschip Maas, dat
voor de Nederlandse kust tot zinken is ge
bracht. Voor Abraham Hans is het niet de
laatste keer dat hij de Vlissingse begraaf
plaats Vredehof betreedt. Mede vanwege
zijn welbespraaktheid en zijn medeleven
ten opzichte van de oorlogsslachtoffers zal
hij bij menige uitvaart als spreker optre
den. Er verschijnen verslagen van zijn hand
over de begrafenis van de ettelijke oorlogs
slachtoffers op de Vlissingse begraafplaats
in de voor hem zo vertrouwde stijl:
De stoet schrijdt voort, ernstig, onder den
indruk van al de tragiek, en 't is of de na
tuur zelve meerouwt en klaagt. Daar ligt
de doodenakker. De wind giert door de
boomen, over de graven, de regen slaat
neer. Laag hangen de wolken over de zee,
nu twee kinderen der zee ten grave zullen
dalen, laag hangen ze over de duinen, die
grauw afsteken tegen de donkere lucht,
laag hangen ze over de stad Vlissingen...
22
Den Spiegel