kennen vanuit Oostende te komen en door de windrichting zo scherp aan de wind te zeilen.25 Toen het daglicht werd kwamen er twee fregatten die jacht op het kaperschip maakten. In de middaguren werd Kaap La Hague op vijf uur afstand gepeild en het eiland Guernsey in het zuidoosten waarge nomen. 's Middags om vier uur kwam de wind met een cleene coelte uit het noord oosten. Opnieuw werden diverse neutrale schepen waargenomen en om acht uur 's avonds werd Kaap La Hague zuidelijk en Cherbourg zuidwestelijk van het schip ge zien. Tezelfdertijd werd een Brits fregat van 32 stuks geschut op een half uur afstand gezien, maar omdat aan boord van het kaperschip de kanons binnen de geschut poorten waren gehaald en het scheepsvolk zich verborg werd de kaper niet als zoda nig opgemerkt. Om elf uur 's avonds werd het schip opnieuw ten zuidoosten van hen gezien. Om twee uur in de morgen kwam een driemastschip in zicht. Dit werd dicht bij Portland aangehouden, maar bleek een Zweeds schip te zijn dat van Oostende kwam en naar Dublin ging. Op 20 juni 1782 werd door de schrijver in het journaal vermeld: 's Morgens om 4 euren saagen Portland weder en in middelenteijd saagen een Engelsch fregat onder de wijnd van ons af. Om 5 euren 's m[orgens] sagen geen fregat meer, maar om 8 eur op 2 euren dis tance van Poortland sagen verscheijde smo- kelaars en vissers. Van die vissersscheepjes werd er één gerantsoeneerd (het vragen van losgeld in ruil voor een rantsoenbrief, doorgaans omdat het opbrengen van het schip naar een haven te risicovol was). De kapitein van het visserschip Providence was de 22-jarige Joseph Touzée en volgens de schrijver was het schip op 17 juni van Brijson naar Portsmouth gevaren, geladen met vis en had het schip vier man en twee vrouwen met een kind aan boord. Na het rantsoeneren van het schip voor honderd Pond Sterling 480,-) werd de achttien jaar oude Johann Suekens als gijzelaar aan boord genomen. Volgens Jenkins, een tweede gevangene van het vissersschip, betrof het losgeld de volledige waarde van de lading.26 De som van het losgeld diende binnen zes weken in Vlissingen be taald te zijn. In het geval van deze vissers schuit volstonden twee gijzelaars en werd de schipper weer terug geplaatst op zijn schip. De bemanning van de vissersschuit werd brood en jenever gegeven en in ruil daarvoor kreeg het kaperschip vis. Hieruit blijkt dat het er bij aanhoudingen door ka pers niet altijd even ruw aan toe ging. Met de opmerking Wij saagen ter tijd nog een galliot en andere scheepen sluit het jour naal af. Het kaperschip werd vrijwel direct daarna buitgenomen. Johann Suekens en Jenkins hadden slechts veertien uur als gij zelaar aan boord van het kaperschip ver toefd voordat zij werden bevrijd, maar ver klaarden achteraf goed te zijn behandeld.27 Gevangenneming De kaperbrik de Zeeuw werd buitgenomen door de marinebrik HMS Defiance van lui tenant George Cadman die gestationeerd was in de haven van Exeter. Daar werd het schip van Le Turcq ook heengebracht. De Zeeuw had op 20 juni in het Kanaal voor anker gelegen bij Portland zonder een vlag te tonen. Le Turcq had daar op het tij ge wacht om verder te kunnen kruisen hetgeen hij ook deed toen het hoogwater was. Het schip voerde toen de Engelse vlag en kreeg na een kwartier een schip in zicht. Rond zes uur 's avonds werd de Zeeuw gepraaid door de HMS Defiance waarop men de vlag liet zakken, de Nederlandse vlag hees en het eerste salvo loste. Hierop volgde een gevecht van twee uur waarbij met hand vuurwapens werd geschoten, maar beide schepen ook salvo's afvuurden. Aan boord van het kaperschip vielen diverse doden en gewonden. Zowel de kapitein als de tweede luitenant werden zwaar gewond. Het kaper schip was zwaar beschadigd aan haar mas ten, tuigage en romp. Eén van haar kanons was geëxplodeerd waarbij drie kanonniers werden gedood en ook enkele andere om standers gewond raakten. Omdat nog meer geschut uitgevallen was nadat het was ge raakt zag men zich genoodzaakt zich over te geven. Tijdens de overgave had eerste luitenant Louis Charles de Cheverry de lei- 10 Deri Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2019 | | pagina 12