tiendaagse oefensessie voor de rede vangt de kruistocht pas aan en die zal slechts vie renhalve dag duren. Op vrijdag 7 juni werden de kanons en het kruit aan boord gebracht en het schip voor anker gelegd. Op zaterdag kwam het ka perschip de Vlissinger, rond het middag uur met hoog water de Westerschelde op en lichtte ook de Zeeuw het anker om voor het eerst onder zeil te gaan. Er stond een zwakke wind en met labbercoelte (wind kracht 2) uit het zuidoosten werd bevon den dat het schip zeer goed zeilde. Even na één uur 's middags werd het anker weer uitgeworpen op de rede. De volgende dag was de wind aangewakkerd tot een kleine coelte (windkracht 3) en werd opnieuw ge zeild, nu met de lijzeilen19 en de onderra's aangeslagen: tot exercitie der mattroosen.' Rond het middaguur kwam een steiger schuit geladen met vers rood vlees en bier om de victualie aan te vullen. 's Middags werd opnieuw gezeild en om een uur of vier werd dezelfde ankerplaats weer opgezocht. Op maandag 10 juni werden de bramra's gebrast, maar nadat vijf uur 's middags de wind stil viel werden de bramra's weer naar beneden gehaald om het scheepsvolk te leeren tot het ordinaire werck. Die mid dag kwam ook Mauritz, commissaris van de monstering van Vlissingen om de eed op de artikelbrief (instructies van de Staten- Generaal voor opvarenden in de commis sievaart van 12 januari 1781) af te nemen en de monsterbrief voor te lezen. Hij werd vergezeld door reder Jan Nortier. Hoewel dit niet werd vermeld was het gebruikelijk dat hierbij ook twee functionarissen van de admiraliteit aanwezig waren. Bij het vertrek gaf kapitein Le Turcq beide heren een sa luut door het laten losbranden van negen stuks geschut. Dat werd klaarblijkelijk ge hoord door het marineschip de Orangezaal dat op een geruime afstand lag, want zij gaven tien saluutschoten, al was het niet helemaal duidelijk of dit als oefening of als saluut was. Om zeven uur 's avonds werd het schieten beëindigd.20 Op dinsdag 11 juni werd de wind steeds sterker en de mars- en bramra's evenals een deel van de verstaging, naar beneden gehaald. Het ankertouw werd tot de verst mogelijke stand gevierd. Uit vrees met an dere schepen in botsing te komen, 's lands schip de Landsman lag in de nabijheid, werd de fok gehesen en werd de beschut ting van Fort Rammekens opgezocht. Onderweg werd het log gebruikt onder weeg de lock gesmeten, en bevonden bij zeilder cleene foc[k], dat wij conden 2 euren en 1/3 in een eure doen en de goede zeil eigenschappen van het schip gemeten, want dat bleek in één uur tijd even ver te kunnen zeilen als waar andere sche pen twee uur en twintig minuten voor no dig hadden. Later die dag kwam Nicolaas Jarry er met de kotter de Vlissinger voor anker liggen, omdat eerder op de dag zijn ankertouw op de Westerschelde gebroken was. Op woensdag 12 juni werden om zes uur 's ochtends de bramstengen weer gezet en om acht uur werd de sloep te water ge laten. Le Turcq ging met de derde luitenant in een sloep naar de Vlissinger. Dit om daar officieren aan boord te hebben zolang Jarry zelf met zijn officieren een nieuw anker ging halen in de stad. Twee uur 's middags werd het kaperschip de kotter Doggersbank waargenomen voor Vlissingen. De beman ning verwachtte te vertrekken, maar om vier uur 's middags gaf Le Turcq aan dat dit niet ging. Het achterstuk van het twaalf- ponds geschut was uit het rolpaard ge komen en de timmerman moest dit eerst herstellen.21 Een rollend stuk geschut kon door zijn massa een varend schip dusdanig beschadigen dat het lek werd gestoten en zonk. Donderdag 13 juni kwam de wind uit het noordoosten en was het een koude dag. Om vier uur 's ochtends werd het anker met een steigerschuit aan boord gebracht. Om zeven uur 's ochtends kwam de kotter van Jarry, die nog steeds geen nieuw anker ontvangen had, weer langszij. Hierop liet Le Turcq een sloep met een reserveanker uitzetten om dit naar Jarry te brengen. In de middag wakkerde de wind aan. In ver band met het onweer werden de bramsten gen en ra's neergehaald, hierdoor werd het zwaartepunt van het schip meer naar de kiel gebracht. Om drie uur 's middags werd Januari 2019 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2019 | | pagina 9