Gezicht op de Beurs en vestingwal, circa 1840; aqua
rel J.C. van Hulsteijn. Historisch Topografische Atlas
Gemeentearchief Vlissingen.
richting Brussel met als doel het oude ge
zag weer te herstellen. De beroemde tien
daagse veldtocht. Het leek een zegetocht te
worden; men behaalde de ene overwinning
na de andere. Maar bij Leuven kwam men
tegenover een groot Frans leger te staan.
Zover wilde de koning het niet laten komen
en het zegevierende leger moest zich terug
trekken.
In Zeeuws-Vlaanderen vonden er gelijktijdig
gevechten plaats bij Het Verlaat, een strate
gisch gelegen plaats bij de Braakman. Het
was de enige verbindingsweg tussen Oost
en West-Zeeuws-Vlaanderen.
Na een vier uur durend gevecht, waarbij
volgens De Middelburgsche Courant aan
de zijde van de vijand zware verliezen ge
leden werden, kon het gebied op de vijand
veroverd worden. Ook vonden er gevech
ten plaats bij Sluis waar een grote groep
rebellen (400 a 500 man) de grens over
gekomen was. Bij Hulst vonden eveneens
gevechten plaats. De krant vermeldde nog
dat bij één van die gevechten de vijand zo
verrast werd dat een officier in zijn hemd
en onderbroek wegvluchtte. Vanwege de
ernst van de toestand vaardigde de ko
ning op zondag 14 augustus 1831 een al
gemene bededag uit om de zegen van den
Allerhoogste af te smeken, met de bepaling
dat op die dag alle nering en hantering ver
boden zouden worden en alle sociëteiten,
herbergen en koffiehuizen gesloten moes
ten blijven. Aan de gevechten in Zeeuws-
Vlaanderen werd ook door troepen uit
Walcheren deelgenomen, ook door de
schutterijen van Vlissingen en Middelburg.
Volgens de krant waren die met veel geest
drift en vuur en onder luid gejuich en ge
roep van Leve de Koning naar het front ver
trokken. Dat er gevochten werd, was ook
te merken in het Middelburgse Ziekenhuis.
Er werden wel tweehonderd zieke en ge
wonde militairen verpleegd. Aan mede
leven van de bevolking was geen gebrek.
Een lijst met gaven vermeldt onder andere:
385 kannen wijn, 300 pakjes tabak en ver
der ook nog veel fruit en snoep. Wijn werd
overigens ook wel als medicijn gebruikt.
Door die oorlogshandelingen was er door
Vlissingen ook een gestage stroom van
militairen van en naar Zeeuws-Vlaanderen.
Ook krijgsgevangenen en Belgische de
serteurs trokken door de stad. Die werden
behoorlijk gevoed en behandeld. Ze wer
den wel zo gauw mogelijk doorgestuurd
naar overvolle kazernes in Kampen en
Harderwijk. Uiteraard onder geleide van
een afdeling Nederlandse militairen be
staande uit een luitenant, twee sergeants
en een dertigtal gewone soldaten. Op den
duur raakten de kazernes zo vol dat er een
groot kamp in de bossen aangelegd moest
worden. De meesten van hen verbleven
daar tot er in 1839 een vredesakkoord ge
sloten werd. Soms werden groepen krijgs
gevangenen wel eens uitgewisseld met
Nederlandse krijgsgevangenen.
Vastlopen onderhandelingen
Na de Tiendaagse Veldtocht werd het in
Zeeuws-Vlaanderen ook weer rustiger. Van
enige ontspanning was evenwel geen spra-
April 2019
19