Bank werd gevestigd. Dit kon de krediet mogelijkheden voor het bedrijfsleven ver beteren, ook indirect doordat de Bank bereid was kredieten van particuliere ban ken over te nemen. Verder zou hierdoor de circulatie van de door de Bank uitgegeven bankbiljetten worden gestimuleerd. Om de plaatselijke contacten te bevorderen stelde de Nederlandsche Bank, naast de agenten, in verschillende plaatsen correspondenten aan. In Vlissingen kwam er een correspon dentschap van de 3e klasse (de laagste), dat in 1879 toeviel aan J.C. de Koster. Hoe laatstgenoemde firma zich onder de gewijzigde omstandigheden en met een nieuwe eigenaar precies ontwikkelde, valt niet meer na te gaan. Ook met twee op komende concurrenten kon zij zich in ie der geval goed handhaven. Het lijkt erop dat de nadruk meer kwam te liggen op de effectenhandel, in lijn met de op gang ko mende groei van de Amsterdamse beurs. J.C. de Koster (1822-1902), firmant van het gelijknamige bankiershuis van 1870 tot 1901, omstreeks 1895. Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen In dezelfde richting wijst de aankondiging uit 1886 dat de incassering van wissels werd overgedragen aan P.E. de Ruijter, die verscheidene jaren op het kantoor werk zaam was geweest. De commissiehandel in effecten werd voortgezet door De Koster. De zaak was in deze periode gevestigd op Bierkade D 7 (het latere Bellamypark). Dit zal ook het woonhuis zijn geweest, zoals in die tijd voor kleinere banken nog gebrui kelijk. J.C. de Koster trad ook buiten het zakelijke in de voetsporen van zijn vader. Hij vervulde functies binnen de Hervormde Kerk en was onder meer bestuurslid van de Vereeniging tot Bevordering van het Christelijk Onderwijs. In de firma bleef hij tot kort voor zijn overlijden in 1902 op 79-jarige leeftijd. Twee nieuwe bankiers: Siegers en Wibaut Pieter Johannes Siegers had, toen hij zich in 1865 als kassier en commissionair in effecten vestigde, al een gevarieerde loop baan achter de rug, die op zijn achttiende was begonnen als klerk bij de belasting dienst. Hij vervulde daar achtereenvolgens verschillende functies, waarna een merk waardige wending optrad. In 1856 werd hij benoemd tot gemeentehavenmeester en sluiswachter van de Koopmanshaven en tevens tot strandvonder. Deze functies bleef hij vervullen tot rond 1875, dus lang nadat hij als commissionair was opgetre den. Wat hem bewoog om in de geld- en effectenhandel te gaan is onduidelijk. Het ligt voor de hand dat hij geïnspireerd werd door de ontwikkelingen op de effecten beurs, die een toenemend aantal noterin gen en stijgende koersen liet zien. Deze gedachte wordt ondersteund door het al snel verschijnen van advertenties over in schrijving op en verwisseling van stukken in buitenlandse leningen. Ook aan een in schrijving op een lening van de gemeente in 1874 nam het kantoor van Siegers deel. Vijftien jaar na de oprichting was dit een volwaardig bankiershuis geworden, dat ook in verzekeringen actief was. Wat dit laatste betreft trad Siegers op als agent van de Nederlandsche Levensverzekering Bank. In Juli 2019 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2019 | | pagina 19