T
V ICTU i. .IE-LYST,
h
Wm
Jjv
de handel in Afrikanen, hoewel dat in som
mige piekjaren kon stijgen tot een derde
van al het inkomen!
De uitreding van een slavenschip week in
grote lijnen niet af van de uitreding van
ieder ander handelsschip, zij het dat slaven-
reizen langer duurden dan de meeste an
dere handelsreizen. Maar er waren ook een
aantal bijzonderheden. Zo hadden slaven
handelaren enorme hoeveelheden vaatwerk
nodig om hun handelswaar in op te bergen.
In West-Afrika werd ruilhandel bedreven,
waarbij uit Europa meegenomen producten
werden geruild tegen slaven. Vanwege die
ruilhandel hadden slavenhandelaren bij
voorbeeld heel veel kleine buskruitvaatjes
nodig, maar ook kisten voor flessen sterke
drank. Daarvan profiteerden Vlissingse kui
pers en kistenmakers. Ook ijzersmeden
konden rekenen op extra werk, doordat zij
.-V - fy.
jl hifddfrurg. 1tj
tuur let ScKjl
■Y.
Gffipiitm ft f f
BoBMhJ mrt Krjpjwr.j ^nvk'liii*"Crr5v(a5C i" NÏUfakrij
GedcniDenr iw /-■ -
Uit
*Ct<
ff
J-4
J Ce
B Sdbeepi- Brood, m F S de ïöo S--"^
Midddk «wij|grj, le^-eren in w<y~
ion. By «od« r>:o C hard Brood aj BT'
Wn Brood toe Jc.erïrt pysp owe 1 pwc.^.1
toning \in de Rdtaiing
Vi'xi^-pr-Ld tan. Ue i.h hJ.
B Rl-.-Mirtie .1 --
Sikkeo Clan 1 ft iSr: Sd. MidirlLr. p
Alle wfi gedftiügt
FiLLrn dhp> 1™* de SZsivcn
HP
ASum -
t-
Afl i
JAt» f
JÜ *{y
ét
JÏ tLr
Uf
Jhungrn vm de ïkXrtrt
SiVlTl BSmuTV EtiAIcti
StLU-n lailium- Hrwlra
I Vittidi, «I Valrn
r SjkL in Vtim
K StokVncA (AitiFktiI' gt?
fi Met-Kjafrn
XoUÉj, h 2ü&fctfl
fï Ik*!' fan &X"L-fr ui tfcur:^
tt 1 HJBLunif? FkM'-r> i l ïLX-
f én~
I r' i -"'J
- .W-—
rnï ,hk^. "fit /igi
- - -■ -*
.i-u-v fjbnL
,-*r
-m.-*
*w>
Voorbeeld van bevoorrading van een slavenschip
De Welmeenende; met in de kantlijn de leveranciers.
Zeeuws Archief, Middelburgse Commercie Compagnie.
onder andere de boeien en kettingen produ
ceerden om de slaven mee vast te ketenen.
Vlissingse leveranciers van etenswaren pro
fiteerden mee. In tegenstelling tot Engelse
slavenhandelaren, namen de Zeeuwen het
voedsel voor de slaven grotendeels mee
uit Europa. Hiervoor is al gort genoemd,
maar slavenhandelaren verscheepten ook
paardenbonen uit Vlissingen. Daarnaast
waren er financiële dienstverleners die bij
voorbeeld leningen verstrekten of slaven
schepen verzekerden. Zo was de Vlissingse
houthandelaar Benjamin Cateau verzeke
raar van enkele Middelburgse slavensche
pen, mogelijk dat hij ook het risico droeg
voor Vlissingse slavenreizen.
Helaas is het door gebrek aan gegevens
niet te achterhalen wie de bemanningsleden
van Vlissingse slavenschepen waren, noch
wie investeerden in slavenreizen. Het zal
slechts gedeeltelijk om Vlissingers zijn ge
gaan. Vooral de hogere officieren aan boord
van de schepen kwamen waarschijnlijk voor
een groot deel uit de stad, of in ieder geval
van Walcheren. Bovendien is het vrijwel ze
ker dat het grootste deel van de zeelieden
die voeren voor Walcherse reders dienstde
den op slavenschepen. De investeerders in
de reizen kwamen waarschijnlijk mede uit
Middelburg, Hollandse steden en zelfs de
koloniën. Snouck Hurgronje Louijssen
gingen in de late jaren zestig van de acht
tiende eeuw bijvoorbeeld actief op zoek
naar investeerders in de Zuid-Amerikaanse
kolonie Essequibo/Demerara (in het hui
dige Guyana). De Amsterdamse koopman
Hendrik Coenraad Sander bezat ten tijde
van zijn overlijden in 1776 aandelen in de
slavenschepen Helena en Sara Henrietta,
die voeren voor de Vlissingse slavenhande
laar Jan van der Woordt. Het is geen toeval
dat deze schepen naar de kolonie Berbice
(eveneens in het huidige Guyana) voeren,
want dezelfde koopman bezat daar twee
plantages.
De Vlissingse deelname aan de slavenhan
del stimuleerde ook de Europese handel
van de stad. De slavenschepen zelf waren
bijvoorbeeld gebouwd met onder andere
hout en hennep uit het Oostzeegebied.
6
Den Spiegel