De scheldestad ouder beton
Duitse bunkerbouw tijdeus de Tweede Wereldoorlog
Cor Heijkoop
Vlissingen, gelegen aan de mond van de
Schelde is altijd van grote militaire en stra
tegische betekenis geweest. Dat was al in
de Franse Tijd zo, vervolgens in de Eerste
Wereldoorlog en daarna in de aanloop naar
de Tweede Wereldoorlog en tenslotte later
onder de Duitse bezetting. Uiteraard speel
de de haven van Antwerpen al eeuwen
lang een grote rol. Het is immers zo, wie
de monding van de Schelde beheerst, heeft
ook de sleutel tot de haven van Antwerpen.
Na de Duitse inval in mei 1940 werd al
heel snel door de bezetter de strategische
rol van Vlissingen onderkend, maar lag
aanvankelijk de focus van de Duitse le
gerleiding op een aanval op Engeland, de
zogenaamde operatie Seelöwe. Uiteindelijk
gingen de voorbereidingen voor de aan
val op het Verenigd Koninkrijk niet door
en richtte de Duitse legerleiding zich op
de verdediging van de Scheldemond. In
december 1941 kwam er een einde aan
de Duitse zegetocht aan het Oostfront en
de Duitse troepen waren voor Moskou tot
staan gebracht. De Duitse militaire inspan
ningen in Rusland vergden veel mankracht
en nadat ook de Verenigde Staten bij de
oorlog betrokken waren geraakt, hield
het Duitse opperbevel rekening met een
aanval vanuit het westen, dus in feite een
invasie op de kust. Het Duitse oppercom
mando gaf opdracht tot het versterken van
de kust vanaf noord Noorwegen tot aan de
Spaanse grens. De Neue Westwall die later
om propagandistische redenen Atlantikwall
werd genoemd, was geboren.
De Atlantikwall in Vlissingen
Een statische verdediging, zoals de Atlan-
tikwall, vergde minder militairen en ook
soldaten met een fysieke beperking konden
nog wel dienst doen in eerdergenoemde
De bouw van bunkers op Walcheren door Organisation
Todt; gemengde techniek C. van der Burght.
(Historisch Topografische Atlas Gemeentearchief
Vlissingen)
verdediging. Aan de Scheldemond verre
zen talloze betonnen geschutsopstellingen,
mitrailleurbunkers, versterkte loopgraven
en de stranden werden ontsierd door ver
sperringen en andere hindernissen. Op
Walcheren werd Vlissingen uitgeroepen
tot Stützpunkt (Stp), met een verdediging
naar zee, Seefront genaamd wat zich uit
strekte van Zwanenburg ten westen van de
Scheldestad naar Fort de Ruyter. De noord
zijde werd vervolgens beschermd door het
zogenaamde Landfront en deze bestond uit
een tankgracht met bunkers en prikkel
draadversperringen met mijnenvelden.
Deze liep van Fort de Ruyter en de havens
naar het Kanaal door Walcheren. Aan de
Westzijde van het kanaal bij de brug van
Souburg werd vervolgens de bestaande
watergang omgevormd tot tankgracht en
daarna doorgetrokken tot aan Zwanenburg.
De luchtverdediging, de zogenaamde Flak
bestond uit kleine zelfstandige luchtafweer-
batterijen al dan niet verscholen onder be
ton. Later bouwde men zware luchtdoel
batterijen, waaronder de Batterie Nord
bij Zwanenburg en verder de Batterie Ost
bij Fort de Ruyter en het geschut van het
Oktober 2019