OPROEPING
15 en 60 JAAR
zoowel mannen als vrouwen,
opgeroepen om zich vrijwillig ter beschik
king te stellen van de Duitsche Weermacht
voor het verrichten van werkzaamheden,
die het gevaar kunnen afwenden.
Meldt U zoo spoedig mogelijk
eigenaar één of duizenden bomen worden
gerooid of dat er bij een landbouwer weinig
of veel schade wordt toegebracht aan zijn
landerijen, het maakt niet uit. Als het no
dig is, zullen desnoods alle bomen worden
gekapt. Hij maakt een kleine uitzondering
voor bomen die op de dijken staan om er
extra steun aan te geven.
Als de burgerij niet meewerkt, stelt de ge
neraal de burgemeesters daarvoor verant
woordelijk. Hij haast zich te zeggen dat
dit niet als een dreigement mag worden
opgevat. Wel zullen de burgemeesters de
volgende dag al met hun voorbereidingen
moeten gaan starten. Voor het gemak krij
gen ze de reeds tevoren gedrukte aanplak
biljetten in de handen gedrukt.
Spergebied
Voor de inwoners van de provincie ontstaat
er nog een probleem. De gehele provincie
is tot spergebied verklaard en er mag nie
mand zonder bewijs van de burgemeester
de provincie verlaten. Hier zal zwaar op
worden gecontroleerd. De burgemeesters
moeten direct lijsten opmaken van mannen
en vrouwen die voor het werk in aanmer
king komen. Werknemers van De Schelde
zijn vrijgesteld. Dat maakt het probleem
voor de Vlissingse NSB-burgemeester
Callenfels er niet eenvoudiger op. Hem is
duidelijk te verstaan gegeven dat hij 250
personen uit Vlissingen moet leveren.
Verplichte werkzaamheden
Door de omstandigheden gedwongen maalt
het ambtelijk apparaat snel dit keer. Op
vrijdag 21 april 1944 valt er een envelop
pe in de bus bij de 31-jarige onderwijzeres
Serliena Bakker in de Paul Krugerstraat.
Het bevat een uiterst kort en zakelijk brief
je dat ondertekend is door de Vlissingse
NSB-burgemeester Callenfels. Het bevat de
tekst:
In verband met het dreigend gevaar wordt
u opgeroepen tot het verrichten van werk
zaamheden onder leiding van de Duitse
Weermacht. U moet daartoe op maandag
In verband met het dreigend gevaar worden alle
inwoners dezer gemeente tusschen
ongeacht rang of stand,
Indien hieraan geen gehoor wordt gegeven, zal vordering
van arbeidskrachten op groote schaal moeten geschieden.
op Bureau Bevolking, Bellamypark 5.
Vlissingen, 20 April 1944.
De Burgemeester van Vlissingen,
P. C. CALLENFELS.
Aanplakbiljet 20 april 1944 (WOU Collectie
Gemeentearchief Vlissingen)
den 24 april 1944 te 8.00 uur aanwezig zijn
bij de Leeuwentrap te Vlissingen. Brood
meenemen en gereedschap (schop, spade,
bijl, hamer, zaag of dergelijke).
Ook op zondag moeten de ambtenaren
aan de slag, want het volgende briefje dat
zij ontvangt heeft als datum 23 april 1944.
Het bevat de mededeling dat de eerder ont
vangen oproep tot het verrichten van werk
zaamheden is ingetrokken. De motivatie
van dit besluit van Callenfels wordt niet
vermeld. Op de eerste werkdag verschijnt
er slechts een fractie van de 250 opgeroe
pen personen. De nieuwe commandant van
de Vesting Vlissingen is woedend en neemt
direct maatregelen. Mannen en vrouwen
tussen de 15 en 60 jaar worden overal in
de stad uit huis of zelfs de tram gehaald en
aan het werk gezet. Mannen moeten kui
len graven voor de boomstamversperrin
gen in de buurt van Zwanenburg. Getuigen
zien vrouwen en meisjes met takkenbossen
sjouwen. Niemand heeft ze tijdens het werk
horen zingen. Wel zingen ze spottend de
burgemeester toe wanneer hij zijn inspec
tieronde maakt: Kijk eens Griet, wat een
benen heeft die Piet. 't Is surrogaat. 't Is sur-
20
Den Spiegel