stuurd om in het magazijn op Het Genie terrein een spijkerzeef, een drempelladder tje of vijlenvet te halen. De naam herinnert waarschijnlijk aan de genie die indertijd de vestingwerken onderhield. Op een kadas trale kaart uit circa 1830 wordt het terrein tussen de Dokkade en de Nieuwe Weg (de latere Aagje Dekenstraat) aangeduid als Magazijn der Genie. Rond 1929 kwam ook het gebied tussen de Aagje Dekenstraat en Singel en vanaf de Van Dishoeckstraat tot aan de Koningsweg in handen van De Schelde. Dit betekende een enorm uitbreidingsgebied voor het sterk groeiende bedrijf. Vanaf die tijd heette dit gebied voor de Schelde-arbeider 'Het Genieterrein'. Het oorspronkelijke gebied Vanaf het begin van de zeventiende eeuw was Vlissingen een vestingstad. Wonen en werken speelden zich af binnen de vesting muren. Het gemeentebestuur hoefde zich nauwelijks druk te maken over steden bouwkundige ontwikkelingen. Omdat er buiten de vesting toch niet gebouwd mocht worden was er geen aanleiding om zich met dat soort zaken bezig te houden. Maar in de loop der tijd nam het inwonertal sterk toe en werd het leven binnen de stadsmu ren een keurslijf. Er ontstonden serieuze huisvestingsproblemen. Toen in 1867 de vesting werd opgeheven kwam dat als een schok. De inwoners vreesden een econo mische terugval. Het betekende echter een kantelpunt in de geschiedenis. Binnen het tijdsbestek van zo'n tien jaar vond een aan tal gebeurtenissen plaats dat de stad een nieuwe toekomst verschafte. In 1875 ves tigde de scheepswerf De Schelde zich op de terreinen van de oude Marinewerf en zorgde de Stoomvaartmaatschappij Zee land voor een geregelde bootverbinding met Engeland. Een andere belangrijke ontwikkeling in die periode was de aanleg van de haven-, kanaal- en spoorwegwer- ken. Door de opheffing van de vesting kon de stad van het keurslijf worden verlost. In ijltempo werden de vestingwerken ge sloopt en kon nagedacht worden over de Uitsnede van de overzichtskaart van het gebied Vlissingen en omgeving. Hierop is ten oosten van de Van Dishoeckstraat de ravelijn nog zichtbaar als laatste restant van de vesting werken aan de landzijde, circa 1910. (Zeeuws Archief, Historisch Topografische Atlas Vlissingen). huisvesting van de vele werknemers voor de pas gevestigde bedrijven. Als snel ver rezen de eerste woningbouwcomplexen zoals De Tachtig Plagen bij het Arsenaal. Maar er was meer nodig. Rond de eeuw wisseling waren de meeste wallen geslecht en het glacis (de buitengracht) grotendeels drooggelegd. Er wordt aangenomen dat de grond, afkomstig van de wallen, gebruikt is om het glacis te dempen. Zeker is dat er een grote hoeveelheid zand is aangevoerd om de gehele klus te kunnen klaren. Op een topografische kaart uit 1910 is nog een ravelijn zichtbaar als laatste restant van de vestingwerken aan de landzijde in het braakliggende gebied ten oosten van de Van Dishoeckstraat. Dit ravelijn lag als vooruitgeschoven verdedigingswerk in het glacis tussen het Blokhuysbolwerk en Santhilbolwerk. Tijdens het vooronderzoek bij het te ontwikkelen bouwterrein viel er archeologisch weinig te verwachten omdat er niet meer gevonden zou zijn dan dicht geschoven grachten en afgevlakte wallen. Eigenlijk was er nog een overblijfsel van de vesting. In de eerste helft van de negen tiende eeuw is er een weg aangelegd die de noordelijke begrenzing vormde van het glacis. Deze Singel was in feite de eerste rondweg rond Vlissingen. April 2021 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2021 | | pagina 5