Vice Admiraal Gobius tUff.BUiïj us. Breskens; korvet Z.M. Amphitrite, onder bevel van Kapitein ter Zee Machielse Die lag tegenover het genoemde Fort Hen drik. Braakman; brik Z.M. Meermin, onder bevel van Kapitein ter Zee van Rijn Terneuzen; korvet Z.M. Dolfijn, onder bevel van Kapitein ter Zee Bezemer. Walsoorden; korvet Z.M. Nehalennia, onder bevel van Kapitein ter Zee Rijk. Hoedekenskerke; brik Z.M. Echo, onder bevel van de Kapitein ter Zee Geesteranus. Baarland; brik Z.M. Windhond, onder bevel van Kapitein ter Zee Tonijbergen. Bath, (Rilland Bath) fregat Z.M. Euredice, onder bevel van Schout bij Nacht Jonkheer Lewe van Aduard. Saaftinge; fregat Z.M. Javaan, onder bevel van Luitenant ter Zee Lukas Lillo (B); korvet Z.M. Komeet, onder bevel van Kapitein ter Zee Koopman Pijp Tabak (B); brik Z.M. Amstel, onder be vel van Luitenant ter Zee Ketjen Antwerpen; stoomschip Z.M. De Zeeuw (ten oorlog toegerust). De stoomboot Curacao onder bevel van de Luitenant ter Zee Le Jeune voer heen en weer tussen Vlissingen en Antwerpen en nog twee brikken bewaakten de monding van de Schelde. Op de kleinere en ondiepe vaarwaters zo als het Zwin en de Braakman werd gepa trouilleerd met de kleinere kanonneerbo ten. Fregatten behoorden tot de grootste oorlogsbodems. Ze waren soms bewapend met wel tachtig kanonnen, verdeeld over twee lagen. Het waren snelle en wendbare schepen, met soms meer dan tweehon derd matrozen en mariniers aan boord. Korvetten waren eveneens snelle zeilsche pen maar waren kleiner. Ze hadden met één laag kanonnen ook minder vuurkracht. De brik was nog kleiner, maar had toch nog twee masten met vierkante zeilen. De opperbevelhebber van deze vloot was Vice Admiraal O.J. Gobius. Tenminste ad ministratief. Vice-admiraal O.W. Gobius; gravure. (Zeeuws Archief, Historisch Topografische Atlas Vlissingen) Zijn ondercommandanten hadden ook hun verantwoordelijkheid. Hij woonde aan de Dokkade in het admiraalshuis. Een heel groot oud pand. Het stond aan de kade ongeveer waar thans nog steeds de voor malige machinefabriek staat. Hij heeft een schitterende staat van dienst gehad. In 1776 is hij als volontair op 18-jarige leef tijd begonnen op een fregat. Een jaar later werd hij bevorderd tot Luitenant ter Zee. In de Franse tijd (1795-1814) heeft hij geen dienst gedaan maar kort nadien werd hij benoemd als commandant van het fregat Castor. En in 1817 werd hij benoemd tot opperbevelhebber en Schout bij Nacht over een gedeelte van de vloot. Door zijn kennis, beleid en onverschrokkenheid wist hij zich tijdens zijn zeereizen op te werken tot Vice Admiraal. De op één na hoogste rang bij de marine. Alleen de kroonprins, de latere Koning Willem I, stond als Admiraal nog boven hem. Vanwege zijn langdurig verblijf in Zeeland kreeg hij toen de naam 'de ou de of eerbiedwaardige Admiraal'. In 1830, het begin van de Belgische Opstand, werd hij benoemd tot Opperbevelhebber van de Oktober 2021 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2021 | | pagina 15