Den Spiegel
8
fing als doel. Hij is overigens zelf de eerste
die de opbrengst van zijn inspanningen re
lativeert, in ieder geval de financiële kant
daarvan. Twee jaar voor zijn veel te vroege
dood (in 1786, pas 28 jaar oud) voorspelt
hij dat in de advertentie van zijn overlijden
zal staan: ‘NB! Contanten heeft men, tot
nog toe, op de kamer van de overledene
niet kunnen vinden.’ En zo gebeurde het
ook echt dat na zijn overlijden een pakje
gevonden wordt met daarop: Aan mijn
vrienden. Inhoud: enkele onbetaalde re
keningen. Financieel gezien was Bellamy
dus zeker niet tot een kwartje uitgegroeid.
Maatschappelijk gezien heeft hij in zijn
korte leven volgens tijdgenoten en latere
beschouwers heel veel bereikt. ‘Nederland
is beroofd van een boven alle lof verheven
oprechte vaderlandse dichterschrijft de
Oprechte Nederlandsche Courant in de
week van zijn overlijden.
Gezicht op de rede en haven van Vlissingen, ca. 1785; ingekleurde kopergravure van M. Sallieth naar
een tekening van D. de Jong. (Zeeuws Archief, Zeeuws Genootschap, Zelandia Illustrata, deel II,
nr 1193).
LOE SCHOUT (Ritthem,1952) is schrij
ver van Jacobus Bellamy alias Zelandus.
Dichter en patriot in opstandige tijden
(1757-1786). Het boek verscheen in
2020 bij uitgeverij Den Boer De Ruiter
en werd genomineerd voor de short-list
van de Zeeuwse Boekenprijs 2020. Eerder
verscheen van dezelfde auteur Fanfare
der emancipatie, een geschiedenis van
het dorp Ritthem en de rol van het vereni
gingsleven (Den Boer De Ruiter, 2005).
Veelbetekenend is ook dat twee naaste
vrienden, Willem Ockerse en Johannes
van der Palm, later belangrijke rollen ver
vullen in de Bataafse revolutie (1795) en
Bataafse Republiek (1795-1806). Ockerse
is in 1798 hoofdauteur van de progressieve
en eerste Nederlandse grondwet. Van der
Palm is als minister verantwoordelijk voor
de eerste nationale schoolwet (1801) en te
vens oprichter van de eerste Nutsschool (in
Den Haag).
