Uitvaart in klooster Alverna
Ontsteltenis
Berichtgeving
Extra bestuursvergadering
Den Spiegel
22
De dood van drie zusters ging als een lo
pend vuurtje in Vlissingen rond. Veel inwo
ners toonden zich geschokt en niet alleen
de katholieken. Het ziekenhuis had een
goede reputatie, veel mensen waren er be
handeld en onder de indruk van de toewij
ding der zusters.
Mijn moeder, Brabantse en van huis uit ka
tholiek, hoor ik nog zeggen: ‘wa’s da toch
zonde van die nonnekes van ’t St Joseph’,
ook onze protestante buren toonden mede
leven.
Op zondag 12 januari kwam het bestuur
in extra vergadering bijeen en stond stil bij
de dood van de drie zusters. Pastoor Timp
wilde met het bestuur overleggen over
verplaatsing van het ziekenhuis. Enkele
bestuursleden zagen verplaatsing, en ze
ker buiten Vlissingen, niet zitten waarop
de pastoor voorstelde met het gemeente
bestuur en ziekenhuis Bethesda te zoeken
naar mogelijkheden. De voorzitter zegde
toe met beide instanties te gaan overleg
gen.
In de dagbladen was aanvankelijk sprake
van een bomaanval op een ziekenhuis in
het zuiden van Nederland, later werd be
richt dat het St. Josephziekenhuis in Vlis-
singen was getroffen en drie zusters waren
omgekomen.
Er werd kritiek geuit op de slordige manier
van bombarderen door de Engelsen waar
bij huizen en boerderijen werden getroffen.
In Den Haag waren woonhuizen gemitrail
leerd, het leek op terroriseren van de be
volking.
Van het moederklooster Alverna was al be
richt ontvangen dat de begrafenis daar op
het kloosterkerkhof zou plaatsvinden waar
op besloten werd in Vlissingen een Heilige
Mis ter gedachtenis op te dragen.
Maandag 13 januari werden de stoffelijke
resten naar Haarlem vervoerd. In de trein
was een extra wagon geplaatst die bij aan
komst naar een zijspoor werd gerangeerd.
De kisten werden uitgeladen en met een
rouwauto naar het klooster Alverna overge
bracht waar bij de ingang zusters stonden
opgesteld. Huiskapelaan Sijm verrichtte
de liturgische handelingen waarbij de hele
kloostergemeenschap aanwezig was, daar
na werden de slachtoffers in de kloosterka
pel opgebaard en betrokken enkele zusters
de dodenwacht.
De volgende ochtend celebreerde pastoor
Timp uit Vlissingen de Requiemmis. De
kapel was geheel gevuld met zusters Fran
ciscanessen en leden van kloosters uit de
omgeving. Ook de moeder overste van
St. Joseph was met enkele zusters aanwe
zig evenals enkele doktoren en geestelijken
uit de omgeving. Een koor zong een af
scheidslied met als laatste regel: Uw wer
ken zullen u volgen tot in ’s Hemels Sion’.
Na de mis werden de drie kisten naar het
kloosterkerkhof gedragen waar pastoor
Timp met zijn assistenten de absoute ver
richtte. Bij het graf stonden drie zusters met
een brandende kaars en drie met een le-
lietak, symbolen van Goddelijke liefde, zui
verheid en vergankelijkheid.
Na afloop vertelde moeder overste over de
vreselijke nacht. Bij luchtalarm werden de
patiënten naar de gang gebracht en moes
ten de zusters op hun post blijven. Die
avond was al een keer luchtalarm geweest
en toen het wat rustiger werd gingen enkele
zusters bidden in de kapel die kort daarna
door een bom werd getroffen.
Met hulp van Duitse militairen werd in de
duisternis naar slachtoffers gezocht.
Na de bominslag was er onder de patiënten
en inwonende senioren grote consternatie,
velen wachten biddend af... Moeder overste
01-11-1886 te Hensbroek. Zij kwam op
15-09-1938 naar Vlissingen. Of haar
verwonding een rol heeft gespeeld is
niet te achterhalen maar zij vertrok op
04-07-1 943.naar Heemstede en is op
25-08-1945 te Haarlem overleden.